Bij de opening van de speeltuin kwamen er ruim vierduizend mensen FOTO WESTBRABANTS ARCHIEF
Bij de opening van de speeltuin kwamen er ruim vierduizend mensen FOTO WESTBRABANTS ARCHIEF Foto: Westbrabants Archief

Landgoed werd prachtig park voor alle Roosendalers

ROOSENDAAL – In oktober 1946 kocht de gemeente landgoed Vrouwenhof van de Belgische veehandelaar J.L. Portocarero die door louche praktijken met Duitsers tijdens de Tweede Wereldoorlog gedwongen werd het landgoed te verkopen. Voor ongeveer 87.000 gulden verwierf de gemeente het landhuis, park, boomgaard, moestuin, dierenverblijven, boerderijtje annex koetshuis, modelstallen en uitgestrekte weilanden. In 1947 ontwierp de Wageningse tuin-en landschapsarchitect Professor Dr. Ir. J.T.P. Bijhouwer een ontspanningscentrum, een multifunctioneel park voor de hele familie.

DOOR MIEKE SPEKMAN

Het realiseren van de speeltuin op het landgoed is voornamelijk te danken aan initiatiefnemer Janus van Haperen. Dochter Jacqueline Heck-van Haperen vertelt: "Mijn vader klopte destijds bij burgemeester Prinsen aan met het idee om een omvangrijke speeltuin te maken. Burgemeester Prinsen vond dat een goed plan en mijn vader die door zijn vroegere verzetswerk veel mensen kende in de streek, wist dat er in Sint Willebrord grote houten speeltoestellen te koop werden aangeboden waaronder een 'Deense hoogvaart', een houten reuzenrad. De gemeente stemde bij raadsbesluit van 23 oktober 1947 in met de aankoop van deze toestellen maar Gedeputeerde Staten van Noord Brabant vond dat er andere prioriteiten waren en dat een particulier initiatief uitkomst moest bieden. Prinsen zei tegen mijn vader: "Janus, probeer jij eens aan geld te komen. Jij kent toch wel de juiste mensen hiervoor?" Na een paar dagen had mijn vader 10.000 gulden kunnen lenen. 5000 gulden leende hij van kapelaan Ligtenberg van de St. Antoniusparochie. De andere helft leende hij van de Stichting '40-45'. Mijn ouders - die garant stonden voor dit bedrag - hebben alles binnen enkele jaren afbetaald. Uiteindelijk heeft mijn vader de speeltoestellen voor 3000 gulden kunnen kopen. De rest van het geld was voor onderhoud en andere zaken. Bij die koop behoorde ook een aap inclusief grote buitenkooi. Die aap verbleef in de zomer in de speeltuin en in de herfst verhuisde hij naar een kleiner onderkomen in het gemeentearchief onder het oude raadhuis. Mijn vader werd door burgemeester Freijters aangesteld als beheerder van het ontspanningscentrum."

Hoogtijdagen

Bij de feestelijke opening van de speeltuin, op 8 augustus 1948 kwamen er ruim vierduizend ouders en kinderen. De kinderen maakten in de speeltuin ook kennis met allerlei dieren. Er liepen pauwen, kalkoenen, ganzen, eenden, papagaaien en het ezeltje Bambino. Jacqueline zegt: "Voor een stuiver kon je pony rijden maar je kon ook meerijden in een karretje waar een pony voorstond." Met behulp van beroepskrachten en vrijwilligers ontwikkelde het landgoed zich tot een ware publiekstrekker. Er kwam een rosarium met een flamingovijver, doolhof, sprookjeshuisje, grote volière en een openluchttheater. In het koetshuis werden filmmiddagen georganiseerd. Langs de paden in het wandelpark stonden paddenstoelen die licht gaven en uit de bomen klonk muziek. Jacqueline verhaalt: "Mijn vader leidde in 1950 Anton Pieck door het wandelpark en die deed er inspiratie op voor 'De Efteling'." Toen in 1960 burgemeester Godwaldt en zijn secretaris De Clercq toetraden tot het bestuur van de 'Stichting Ontspanningscentrum Vrouwenhof' kreeg de gemeente teveel invloed op de besluitvorming met alle gevolgen van dien. In 1968 werd het landgoed op ruwe wijze doorsneden door de aanleg van de Laan van België. Daarna ging het bergafwaarts. Gelukkig zijn tegenwoordig het openluchttheater en de speeltuin weer een groot succes. [l]