Spreeuwen

Wanneer ik 's ochtends vroeg naar buiten stap, is het koud en donker. Ik duik wat dieper in mijn warme jas. En ik geniet van de frisse lucht. Het is herfst. En de herfst heeft natuurlijk nadelen. Zoals regen. En lange files. Maar ik zie vooral veel moois. Zoals de kleurrijke geel-rode bladeren aan de bomen bij mijn achtertuin. De ondergaande zon die dagelijks voor een magische roze gloed zorgt. En de kwetterende spreeuwen die in prachtige zwermen langs vliegen wanneer de schemering in valt. Maar het zijn die spreeuwen. Die prachtige, door de lucht dansende spreeuwen die mijn positiviteit dwarsbomen. Want duizenden spreeuwen hebben de bomen bij mijn achtertuin uitgekozen als slaapplaats. En weet je wat die duizenden vogels achterlaten wanneer ze 's ochtends weer vertrekken? Nou...? Juist ja.

Laatst had ik bezoek. Die begonnen er meteen over. Die fantastische spreeuwen. Het is natuurlijk ook een geweldig natuurverschijnsel. Als je het niet kent, dan raad ik je aan het nu even op te zoeken op YouTube. 'Een zwerm spreeuwen'. Filmpjes zijn er zat. Maar toen mijn bezoek die avond even iets wilde bekijken in mijn schuurtje, kon ik niet anders dan ze waarschuwen. "Ja, je kunt de tuin wel in hoor. Maar ik zou rennen. Tenzij je graag geraakt wil worden door de uitwerpselenregen." En ik wil positief zijn. Ik wil niet zeuren. Maar ik beloof je, wanneer je voor de zoveelste keer iets plakkerigs op de schouder voelt vallen. Of in iets nats pakt wanneer je de container buiten wil zetten. Of de witte strepen op je voorruit ziet wanneer je de ruitenwisser aanzet. Dan is er echt geen positieve draai meer aan te geven. Het is een beetje als positief proberen te zijn over de aanwezigheid van ganzen in het park of aan de waterkant. Want ja héél leuk die ganzen. Ze zien er heus heel mooi uit. Je kunt er geweldig leuke foto's van maken. Maar je maakt mij niet wijs dat je er echt van kan genieten wanneer je je al glibberend door de uitwerpselen met je neus dichtgeknepen er een weg langs probeert te banen.

Dus wacht ik hoopvol af. Tot het even hard vriest. De laatste gele en rode blaadjes eindelijk allemaal gevallen zijn. De trekvogels mijn achtertuin verlaten. Dan geniet ik weer van de herfst. Want ook al is hij donker. En is hij regenachtig. Zonder die plakkerige stoep en afschuwelijke geur is hij prachtig.[l]