'Toveren met jongeren in woelige tijden'
GOES - TEJO-huizen zijn in België al jarenlang een groot succes. Professionele hulpverleners helpen jongeren in geestelijke nood zonder wachtlijsten of kosten. Vrijdagmiddag werd aan de Grote Kade in Goes het eerste TEJO-huis van Nederland feestelijk geopend.
DOOR PETER URBANUS
Het huis op de hoek van de Grote Kade, was al geopend sinds half april. Vrijdagmiddag vond echter de feestelijke opening plaats, in aanwezigheid van onder anderen wethouder Derk Alssema, Marja de Pundert-Dobbelaar en oprichtster Ingrid De Jonghe van de Belgische TEJO-huizenr. De TEJO-huizen zijn een idee van de Belgische therapeute De Jonghe. Zij opende in haar woonplaats Antwerpen ooit het eerste huis. TEJO staat voor therapie voor jongeren. “Er bleek enorm veel behoefte aan zoiets te bestaan”, zegt De Jonghe, die spreekt over ‘toveren met jongeren in woelige tijden’. Inmiddels zijn er twaalf huizen in België. De Pundert-Dobbelaar is orthopedagoog en werkt als vrijwilliger in een TEJO-huis in Brasschaat. Het was haar droom om in Goes ook zo’n huis te openen.
De hulp is gratis, maar toch is het een hele stap voor jongeren met problemen om binnen te lopen. Daarom wordt er veel werk gemaakt van een sfeervolle, warme en prettige inrichting. Belangrijk is dat jongeren met vragen of problemen direct geholpen worden. Er zijn geen wachtlijsten en er staan altijd vrijwilligers klaar om een kind op te vangen. Daarna kan worden beslist wat het vervolgtraject is. Het TEJO-huis is laagdrempeliger dan het officiële circuit. Als jongeren zich melden kan wellicht worden voorkomen dat hun problemen verergeren en ze alsnog in het jeugdhulptraject belanden. De ervaringen in België zijn zeer positief. “We verwachten dat vrijwilligers twee uur per week of vier uur in de twee weken beschikbaar zijn”, zegt De Pundert-Dobbelaar. “Hulp aan kwetsbare jongeren met problemen kun je niet zomaar aan elke willekeurige vrijwilliger over laten. Het moeten ervaren en gekwalificeerde mensen zijn”, laat vrijwilliger Theo (liever geen achternaam) weten. Ze krijgen ook intervisiegesprekken en extra scholing. In het Goese TEJO-huis werken nu zo’n twintig vrijwilligers, maar er is zeker behoefte aan meer mensen, zegt De Pundert-Dobbelaar. “We willen graag stevig staan, ook in verband met ziekte en vakanties.”[l]