Karel is niet de enige klapper van de Popronde
MIDDELBURG - In kroegen en restaurants in de binnenstad van Middelburg is donderdag de twaalfde editie van de Popronde gehouden. 27 acts speelden op 18 verschillende podia in de stad.
DOOR EDWIN MIJNSBERGEN
“Karel springt. Ze noemen hem de klauterkoning. Karel is de klapper van het festival.” Lonneke de Klerk en Laurien de Feijter hoeven niet lang na te denken als hen wordt gevraagd naar welke acts van deze Popronde Middelburg zij het meeste uitzien.
Samen met Dennis de Waard organiseren zij dit jaar de Middelburgse editie van Popronde, een landelijk reizend muziekfestival dat ieder najaar in de periode van september tot en met november plaatsvindt in meer dan 40 Nederlandse steden. De Popronde is in elke stad gratis toegankelijk. In Zeeland wordt het festival al twaalf jaar georganiseerd in Middelburg. De editie van 2018 telt 27 acts, die op 18 verschillende podia spelen: van de Vleeshal tot de Lange Jan, van de Kloveniersdoelen tot Kaffee ’t Hof.
Telefoon
Tijdens de avond blijkt dat cultheld Karel inderdaad een klapper is. In het smalle café Seventy-Seven neemt hij het publiek meteen mee met zijn gebrul en gestuiter. Karel doet niet aan opsmuk en wordt muzikaal slechts begeleid door melodietjes en beats die uit zijn telefoon komen, maar zijn energie is aanstekelijk en wekt bij vrijwel alle aanwezigen grijnzen op het gezicht.
Uitstekend
Karel is zeker niet de enige klapper tijdens deze editie van Popronde. De organisatie heeft een goede greep gedaan uit de 144 acts waaruit gekozen kan worden, zo blijkt aan de reacties van de bezoekers.
Als bezoeker moet je keuzes maken, bijvoorbeeld voor het stadsdeel tussen de Vlasmarkt en Varkensmarkt. Daar is genoeg te beleven. In het Koffiepand aan de Korte Geere krijgt Eline Mann het publiek muisstil met haar luisterliedjes. Bij de radio-opnamen van WFM96 - de zender doet jaarlijks verslag van het festival vanuit Bar Gaudi aan Plein 1940 - laat Eva van Pelt horen waarom zij de artiest is die deze avond bovenin de Lange Jan mag zingen. Vervolgens geeft een duo met de curieuze naam O Kutjes een voorproefje van de nummers die zij anderhalf uur later door een afgeladen Bar Herberg laat schallen. Of het nu cabaret is of muziek wordt niet meteen duidelijk, maar een liedje als ‘Huilen en haten’ blijft in de hoofden van de mensen zitten.
Ook de exotica-pop van Thaïti zorgt voor een afgeladen café, in dit geval Café Le Penseur. Het is eigenlijk overal druk, maar het wordt nergens onoverzichtelijk en er worden geen mensen omver geduwd.
'We worden omver
geblazen'
Alhoewel? In Café Ut Babbelaertje worden bezoekers omver geblazen door het Brabantse hip-hop-talent Starrlight, die in haar eentje een furieuze act vol razendsnelle raps neerzet. En in Kaffee ’t Hof staan de jongemannen van Abdomen te raggen alsof er geen morgen bestaat. Klapper Karel geeft niet de genadeslag, maar zorgt bij veel bezoekers voor nieuwe energie, die weer nodig is voor afsluiter Banganagangbangers in een volgelopen De Spot in de Beddewijkstraat.[l]