Burgemeester Marjolein van der Meer Mohr bezoekt het jubilerende echtpaar. FOTO RENÉ BRUIJNINCX
Burgemeester Marjolein van der Meer Mohr bezoekt het jubilerende echtpaar. FOTO RENÉ BRUIJNINCX Foto: René Bruijnincx

Echtpaar Stroop viert diamanten huwelijk

RUCPHEN – In de tijd dat sociale media nog niet eens bestonden, leerden jongens en meisjes elkaar kennen door activiteiten in het dorp of omdat ze elkaar toevallig tegenkwamen. En die toevalligheid, Jo werkte tenslotte bij de zus van Guust, kon je af en toe best een beetje helpen.

DOOR RENÉ BRUIJNINCX

Het leven van de inmiddels 83-jarige Jo van Dijk en de 85-jarige echtgenoot Guust Stroop speelt en speelde zich grotendeels af in Rucphen. Ze werden er beiden geboren en zijn er hun hele leven blijven wonen.

Harde werkers

In de jaren 50 van de vorige eeuw was het gewoonte dat iedereen naar de lagere school ging en daarna ging werken. Dat ging voor Jo en Guust allebei op. "In ons dorp hadden we de Maria meisjesschool en de Aloysius jongensschool", herinnert mevrouw van Dijk zich. "Na de lagere school moesten we gaan werken. Ik kreeg een baan in de slagerij van de zus van Guust en later ben ik bij de gemeente gaan werken. We zagen elkaar dagelijks en langzaam maar zeker werd het iets tussen hem en mij."

Kapelleke

Tijdens de meimaand fietsten ze op zondagochtend naar het Kapelleke in Zegge, wat toen nog een echt uitje was. En ze vertelt verder: "Ik kom uit een gezin van 12 kinderen. Mijn vader werkte op het suikerfabriek in Roosendaal, en reed daar iedere dag op de fiets naar toe. Omdat dat seizoensarbeid was ging hij ook bij de boeren in het Westland werken." Guust zelf ging aan de slag in de bouw als opperman. "Van 1960 tot 1964 reden we iedere dag met een busje naar Rotterdam om aan de metro te werken", vat hij zijn werk samen.

Mentaliteit

"Onze ouders hebben ons geleerd dat je eerst moest sparen voordat je iets kon kopen wat je nodig had. Daar zijn we in ons leven zeker niet slechter van geworden." Het echtpaar duidt op de tijd na de oorlog, waarover ze beiden zeggen dat het toen langzaam beter ging. "We moesten hard werken en we spaarden voor uitgaven die zouden komen, zoals voor de kolen en voor het licht." Toen Guust bij de gemeente in de buitendienst ging werken, was hij ook betrokken bij het ophalen van grofvuil.

'Hangklok van grofvuil gered'

"De mensen zetten van alles langs de straatkant, en wat we konden gebruiken mochten we meenemen. Dat was in die tijd heel gebruikelijk." Zijn vrouw wijst naar een schitterende hangklok die haar echtgenoot van de ondergang gered heeft. "Iemand wilde die bij het grofvuil zetten, maar hij heeft hem gered en nu hangt die klok nog steeds bij ons in de kamer."

Gezin

Tijdens hun trouw kregen de heer en mevrouw Stroop vier dochters: Marie-Louise, Marion, Ellen en Yvonne. "Die hebben gezorgd voor acht kleinkinderen en drie achterkleinkinderen", zegt Jo. "En het aardige is dat al onze dochters ook in Rucphen zijn blijven wonen, zodat we ze samen met de kinderen regelmatig zien." Guust gaat nog steeds regelmatig naar zijn voetballende kleinzoon kijken.

Biljarten

"En als zoon van een kastelein, mijn vader was uitbater van het Wapen van Nassau, biljart ik nog steeds." Het echtpaar geniet nog na van het feestje dat ze met het hele gezin bij de oudste dochter thuis gevierd hebben. "Dat was nog spannend", zegt dochter Marie-Louise, "want ons ma lag in het ziekenhuis en we wisten niet of ze op tijd voor haar 60-jarige huwelijksjubileum thuis zou zijn". Gelukkig was mevrouw Stroop op tijd thuis om gezellig mee te feesten.