Herdenking Bredase begijnen op Allerzielen
BREDA - Op 2 november aanstaande is het Allerzielen. Het is al een aantal jaren een traditie dat op Allerzielen in de ochtend rond 10.00 uur door het bestuur van het Begijnhof bloemstukken worden gelegd op de vier locaties waar in Breda de ca. 900 Bredase begijnen, die er naar schatting in totaal geweest zijn, begraven liggen.
Op de begraafplaats Zuylen is een apart begijnenkerkhof aanwezig, belendend gelegen aan dat van de Bredase bisschoppen. Vanaf 1 januari 1829 zijn in totaal daar 154 begijnen begraven.
In de periode 1535 tot 1829 werden de begijnen begraven in de Wendelinuskapel, thans genaamd Waalse Kerk waar nog steeds een grafsteen zichtbaar is met de aanduiding “begginarum hic olim sepultarum ossuarium”(Dit was eertijds de begraafplaats van de begijnen). Hier liggen nog steeds in totaal 315 begijnen begraven.
De overige begijnen zijn in het verre verleden begraven op de locatie die in de periode 1267 tot 1535 als begijnhof in gebruik was en die thans het Kastelplein is. Op een gedeelte van dit plein zijn opgravingen uitgevoerd waarbij de stoffelijke resten van 111 begijnen zijn aangetroffen. Deze begijnen zijn herbegraven in een kleine grafkelder gelegen aan de binnenzijde van de poort van het begijnhof ter plaatse zichtbaar door een steen met de tekst: “Hic ossuarium beginarum c.a. 1267-1534” (Dit is het gebeentehuis van de begijnen van de periode 1267-1534). De overige begijnen van voormelde periode zullen voor een groot deel nog steeds begraven liggen op het huidige Kasteelplein waar in 2017 een herdenkingstableau is aangebracht. Daarbij gaat het schattenderwijs om 320 begijnen. [l]