Het hoogspanningsstation bij Rilland is in aanbouw.
Het hoogspanningsstation bij Rilland is in aanbouw. Foto: Chris Pennarts

Werk voor bouw masten bij Rilland wordt zichtbaar

RILLAND - Bij het in aanbouw zijnde hoogspanningsstation Rilland begonnen maandag (7 januari) de werkzaamheden voor de bouw van de twaalf hoogspanningsmasten.

DOOR BRITTA JANSSEN

De voorbereidingen voor de bouw van de zogenaamde wintrackmasten - stalen masten - is achter de schermen al begonnen, zoals met het ontwerpen van de masten. In januari wordt de bouw zichtbaar, laat netbeheerder Tennet weten.

De aannemer werkt al anderhalf jaar aan het nieuwe hoogspanningsstation bij Rilland. Om dit te kunnen aansluiten op de bestaande hoogspanningsverbinding, zijn de twaalf masten nodig. Tennet verwacht dat de aansluiting eind 2019 klaar is.

Bosschages

Sinds maandag worden voor de mastenbouw de werkterreinen ingericht en bouwwegen aangelegd rond het hoogspanningsstation. Volgende week laat de netbeheerder bosschages kappen ten noorden van de snelweg A58 bij het Schelde-Rijnkanaal. In de weken die volgen zet Tennet een bouwkeet neer ten noorden van het in aanbouw zijnde hoogspanningsstation.

Heien

Vanaf deze maand rijdt extra bouwverkeer naar het terrein voor de aanvoer van de heipalen, beton en wapening. Op maandag 21 januari starten de heiwerkzaamheden voor de fundatie van de wintrackmasten. Het heien gebeurt op werkdagen tussen 7.00 en 19.00 uur. Gedurende zeven weken gaan er op twaalf locaties heipalen de grond in. Als de palen zijn geslagen, wordt de bouwput gegraven en de fundering van de masten aangelegd. Eind maart wordt de eerste mast opgebouwd, verwacht Tennet. ‘Omdat er weinig nabij gelegen woningen zijn, levert het heien nauwelijks geluid- en trillingshinder op’, laat Tennet weten. ‘Omwonenden zijn geïnformeerd.’ Ook is er volgens de netbeheerder geen hinder voor het verkeer op de A58.

Flexibiliteit

Met de aansluiting van het station bij Rilland eind volgend jaar ontstaan er drie losse verbindingen: naar Borssele, Geertruidenberg en Zandvliet (België). ‘Nu is dit er nog maar één. Er ontstaat zo meer flexibiliteit in de verdeling van energie.’[l]