'Werken moet weer gaan lonen'
WOENSDRECHT - De gemeente Woensdrecht gaat langer uitkeringen uitbetalen aan mensen die al een baan hebben. Op die manier wil de gemeente uitkeringsgerechtigden stimuleren om een baan te zoeken. Want werken, dat moet lonen, stelt wethouder Lars van der Beek.
DOOR HANNEKE MARCELIS
"Soms is het verschil tussen een uitkering hebben of loon ontvangen enorm klein. Dat is erg demotiverend voor mensen die proberen om terug het werkende leven in de gaan. Daarom mogen mensen die aan het werk gaan voortaan een deel van hun inkomsten naast hun uitkering behouden. Zo laten we zien dat werken loont", legt wethouder Van der Beek uit.
Het is een bekend probleem in heel Nederland. Mensen met een uitkering die aan het werk gaan, maar daardoor aan het einde van de maand mÃnder overhouden dan toen ze een uitkering hadden. Het gebeurt regelmatig doordat allerlei financieel voordelige regelingen wegvallen. Daarmee is de stimulans om weer aan het werk te gaan erg laag. Dat terwijl in Woensdrecht juist ingezet wordt op het motiveren van mensen om weer te gaan werken.
Via de nieuwe regeling inkomstenvrijlating wordt gedurende een bepaalde periode een gedeelte van de inkomsten uit arbeid niet verrekend met bijstand of uitkering. "We willen laten zien dat werken loont. Als mensen een gedeelte van de inkomsten uit arbeid mogen behouden, merken zij dat direct in de portemonnee", aldus wethouder Van der Beek. Om hoeveel geld het gaat en hoe lang deze regeling van toepassing is, is afhankelijk van de situatie waarin mensen verkeren. In de basis gaat het om zo'n 25% van de inkomsten met een maximum van zo'n 200 euro per maand voor een periode van maximaal een half jaar. Deze regeling kan uitgebreid worden voor alleenstaande ouders met kinderen tot 12 jaar of mensen met een medische urenbeperking. Van der Beek: "Het belangrijkste is dat we er vertrouwen in hebben dat dit helpt om iemand weer aan het werk te krijgen."
Ervaring
"Juist werkervaring zorgt ervoor dat mensen weer aan de bak kunnen komen", stelt Wethouder Lars van der Beek. "En deelnemen aan het arbeidsproces betekent een dagritme en sociale contacten. Bovendien kan het bijdragen aan het voorkomen van een inkomens- of armoedeval, waardoor mensen dieper in de problemen komen." De regeling staat open voor mensen die een uitkering krijgen vanuit de Participatiewet, oudere mensen die werkloos zijn geworden, zelfstandigen of gedeeltelijk arbeidsongeschikt verklaarde mensen die het gezinsinkomen nu aangevuld zien tot bijstandsniveau vanuit de regeling IOAW of IOAZ. De opgestelde beleidsregels zorgen ervoor dat deze regeling objectiever beoordeeld kan worden. Het vereenvoudigt bovendien het uitkeringsproces en de rechtsgelijkheid.[l]