...anders dan Goudse gapers? FOTO WWW.GEVELSTENEN.NET
...anders dan Goudse gapers? FOTO WWW.GEVELSTENEN.NET Foto:

Chapeau - Oòns Taoltje, afl. 336
Kop - Nipsese gaopers…!

Door Jan van Nassau

Wie herinnert zich van vroeger nog de schimpnaam stoepschijter voor een Roosendaler? Nou, in elk geval Riet Aerden uit Nispen. In 1950 zat ze in Roosendaal op school en, zo vertelt ze, ,,Als wij dan stonden te wachten op de bus naar Nispen, dan kwamen er vaak Roosendaalse medescholieren voorbij en dan werd er weleens over en weer geroepen. Wij riepen dan 'Roosendaolse stoepschijters!' en die van Roosendaal riepen dan naar ons 'Nipsese gaopers!'. Volgens Riet moeten er in Nispen meer mensen zijn die dat nog weten. Nou, ik ben benieuwd. Zijn er ook Roosendalers die zich herinneren dat zij ooit 'Nipsese gaopers!' riepen? In het Roosendaols woordenboek staat 'gaoper' of 'gaoperd' o.a. met de bijzondere betekenis die 'gaper' in de algemene taal heeft: 'iem. die uit nieuwsgierigheid of uit min of meer domme verwondering of verbazing met open mond stokstijf staat te kijken', met 'gaapster' als vrouwelijk equivalent. Dezelfde betekenis heeft ook het woord 'gaapstok' dat wij uitspreken als 'gaopstok'. Daarnaast is 'gaoper' bij ons ook bekend als synoniem voor lummel, blaag, kwajongen: ,,Motte die gaopers nie aòn't schòòl vandaog? Ze lòòpe wir gèèf te verveele!''. Welke invulling moeten we, anno 1950, geven aan 'Nipsese gaopers'? Werden alle Nispenaren ooit zo genoemd? Ik denk dat menige Roosendaler (toen) op die vraag zou antwoorden: ,,Nèèje'n ommes!''

Goudsche gapers

Dirk van der Heide noemt de schimpnaam 'Gapers' voor Hapert (NB), Gouda (ZH), Stavenisse (Z) en Wemeldinge (Z). De verklaring van de schimpnaam moet, aldus Van der Heide, niet bij het 'geeuwen' gezocht worden. Die van Hapert stonden vroeger vaak met de mond open, stompzinnig en nieuwsgierig te kijken naar alles wat aan hun ogen voorbij trok. Ook die van Stavenisse worden omschreven als nieuwsgierige lieden en die van Wemeldinge vergaapten zich met het kijken naar de schepen, die door het kanaal van Hansweert voeren. Van die van Gouda werd gezegd dat ze bij het spreken de mond zo wijd openzetten. Een apotheker schreef eertijds onder zijn 'Gaper' uithangteken: Gij gaapt na mij, ik gaap op U, Schoon dat mijn wezen heeft een gruw, 'k Ben, als gij zien kunt, zo geschapen, gelijk de Gouwenaars die staag gapen.' In het Woordenboek der Nederlandsche taal wordt bij 'gaper' in het bijzonder als uitleg gegeven: 'voorheen als schimpwoord op de Gouwenaars toegepast, en vaak met het bnw. Goudsch in de uitdrukking Goudsche gapers'. Het beginrijm hierin werkt ook nog eens versterkend. Iemand voor 'gaoper' uitschelden getuigt niet van waardering, maar het noemen van de plaats van herkomst daarbij heeft niet bepaald een verzachtende uitwerking. Zo lijkt ook 'stoepschijter' aan kracht te winnen door er een adjectief als 'Roosendaolse' aan toe te voegen.

Eèreltje dròògbròòd

Marinus Devillers reed in 1952 op de fiets van de Wouwse Hil naar Roosendaal, samen met meerdere jongens, scholieren ook, uit zowel Wouw als Heerle. Hij herinnert zich dat er toen ook 'Roosendaolse stoepschijters' geroepen werd en dat zij zelf dan 'Wouwse papboere' en 'Hereltje droogbrood water uit de sloot' te horen kregen. Waarom dat toen zo gezegd werd weet hij niet. Nou hoor je scholieren tegenwoordig ook weleens wat naar elkaar roepen. Ik weet niet welke termen thans de boventoon voeren, maar het zal wel heel wat anders zijn dan wat er in de jaren '50 geroepen werd. Ondertussen zit ik nog met de vraag of Roosendalers elkaar ook onderling voor 'stoepschijter' uitmaakten. Prins Carnaval richtte zich nooit tot zijn Roosendaalse onderdanen met 'Beste stoepschijters'. Tot 1970 sprak hij ze gewoonlijk aan met '(Mijn) beste Roosendalers'. Wel hebben we, buiten een artikel in de Kwakkelkraant over de bijnaam van de echte Roosendalers, ook nog het lied 'Stoepschijter' van Geert Keij, let wel, een geboren Roosendaler! Hij zingt ons toe: ,,Ge zij ne Stoepschijter uit Roosendaol. 'k Zien 't aon oew kleurke, das klaore taol.'' Ik durf de stelling wel aan dat een Roosendaler die zichzelf 'stoepschijter' noemt, veeleer een 'tullepetaon' is…. Reacties: Oòns Taoltje, p/a Middenstraat 44, 4702 GE Roosendaal, telefoon 0165.545561, e-mail: jwvannassau@kpnmail.nl. [l]