'Er wordt van me verwacht dat ik er meteen sta'
GOES - Joost de Goffau zal zijn start als wethouder van de gemeente Goes niet snel vergeten. De opvolger van Derk Alssema is donderdag geïnstalleerd in een vrijwel lege raadszaal. Familieleden en vrienden van De Goffau mochten er vanwege het coronavirus niet bij zijn. “Maar er zijn momenteel veel grotere problemen”, zegt hij nuchter.
DOOR EUGÈNE DE KOK
Een dag voor zijn installatie zit Joost de Goffau alleen op zijn nog maagdelijk witte kamer in het stadskantoor. Verder is er niemand te zien op de gang waar de burgemeester en wethouders werken. Ze werken vanuit huis of zijn op pad. “Het is een hele andere start dan ik me had voorgesteld”, zegt de jonge christendemocraat. “Ik dacht dat ik nu veel op pad zou gaan om zoveel mogelijk mensen te leren kennen, maar het gaat nu even anders.”
Huwelijk
De Goffau is er nuchter onder. Hij heeft zin in zijn wethouderschap. Het lijkt hem een prachtbaan. “De ene dag ga je als locoburgemeester op bezoek bij een 60-jarig huwelijk, de dag erna ben je in overleg met maatschappelijke organisaties en weer een ander moment sta je tussen de inwoners of ondernemers.”
De pas 29-jarige Goesenaar is al lang maatschappelijk actief. In 2012 werd hij lid van de jongerenraad. Zijn muziekleraar Jan Hut en voormalig fractievoorzitter van het CDA nodigde hem niet veel later uit om eens bij het CDA te komen kijken. Het beviel De Goffau. Hij werd actief in het algemeen bestuur van het CDJA in de provincie en op landelijk niveau. Ook heeft hij jaren gewerkt voor de CDA-fractie in Provinciale Staten. Tot voor kort was hij in dienst als verenigingsmanager van Bouwend Nederland Zeeland en Brabant Mid-West. Hij was een spil tussen het bestuur en de leden. “Ik heb het daar erg naar mijn zin gehad, maar wilde deze stap graag zetten. Ik vind de politiek ontzettend leuk en wil de gemeente vooruit helpen. Ik ben hier geboren en getogen en denk dat Goes alles in zich heeft: een stad, dorpen, veel bedrijvigheid en als centrumgemeente veel voorzieningen, misschien wel meer dan je op basis van het inwonertal zou verwachten.”
Voetsporen
De Goffau treedt in de voetsporen van Jo-Annes de Bat en Derk Alssema. “We hebben alle drie bijna hetzelfde pad doorlopen, al heb ik in tegenstelling tot hen geen ervaring in de gemeenteraad. Dat is altijd lastig te combineren geweest met mijn werk. En”, lacht hij, “ik ben geen voetbalscheidsrechter.” Hij voelt geen druk door het succes van zijn voorgangers. “Er wordt wel verwacht dat ik er meteen sta en presteer. Dat vind ik logisch en ik hoop dat waar te maken.” Hij neemt de portefeuille van Alssema één op één over. Met onderwerpen als ruimtelijke ordening, volkshuisvesting en duurzaamheid heeft hij bij Bouwend Nederland veel ervaring opgedaan en sport ligt hem, omdat hij op dat gebied zelf veel doet. De jeugdzorg is andere koek. “Daar ben ik mezelf heel goed aan het inlezen.” Net als iedereen weet De Goffau niet wat de komende tijd gaat brengen. “Veel zaken in mijn portefeuille liggen stil of er gebeurt veel minder dan normaal. Ik kan nu niet doen wat ik of een andere wethouder normaal zou doen.” Als de coronacrisis enigszins is gaan liggen, wil hij als wethouder van economische zaken langs bij de ondernemers. “Zij hebben het heel zwaar. Ik spreek nu al veel met hen, maar wil ook langs en horen hoe het met ze gaat en of ze hulp nodig hebben.” De Goffau wil de komende twee jaar het collegeprogramma zo goed mogelijk uitvoeren. Als dat lukt en het CDA het bij de verkiezingen goed doet, gaat hij voor een eerste volledige periode als wethouder. Of hij op termijn ook zijn vleugels uitslaat in het openbaar bestuur weet hij niet. “Vroeger zei ik dat ik eerst in het bedrijfsleven wilde werken en pas tussen mijn 40e en 50e zou kijken of ik iets in de politiek zou kunnen doen. Het loopt nu anders. Ik moet het nu eerst hier laten zien.”[l]