Een wolf op Walcheren?

Nu er al geruime tijd vossen voorkomen op Walcheren, is het wachten op de eerste wolven. Toch? Of is er hier te weinig beschutting en te veel drukte voor de ‘Canis lupus’? Zeker is wel dat zich in historische tijden nooit een wolf op Walcheren vertoond heeft. Toen in woeste streken elders Nederland nog wolven rondtrokken, was Walcheren immers een eiland. Zelfs bij extreem laag water zouden de dieren in relatief korte tijd allerlei schorren, slikken en geulen hebben moeten oversteken om hier te komen. Dat is erg onwaarschijnlijk.

De roman waarin in een bos tussen Vlissingen en Middelburg een ‘enorme’ wolf voorkomt, was dan ook niet geschreven door een Nederlander, maar door een Engelsman. De schrijver, Frederick Marryat, kende Walcheren wel. Hij was er in 1809 geweest als een van de deelnemers aan de landing en tijdelijke bezetting. Hij was een van de vele slachtoffers van de ‘Zeeuwse koortsen’ (vermoedelijk malaria) maar overleefde die.

In zijn boek ‘Peter Simple’ uit 1833 beschreef Marryat de tijd van de Franse bezetting door de ogen van een jonge Engelse matroos die aan de Franse Zuidkust gevangen werd genomen. Samen met een luitenant wordt hij naar de gevangenis van Givet in de Ardennen gebracht, waaruit ze ontsnappen. Een avontuurlijke tocht volgt doorheen de bezette Zuidelijke Nederlanden naar Walcheren. Ook daar zijn overal Fransen, zodat de hoofdpersoon zich in een bos in een hol verstopt, niet ver van een weg die naar Middelburg leidt. Daar komt ook een wolf schuilen die vervolgens door jagers wordt gedood. Tenslotte bereiken de ontsnapte mariniers een herberg in Vlissingen waar de man van de herbergierster, een loods, bereid is hen voor een flinke geldsom naar een Engels schip op zee te brengen.

In 1834 werd het betreffende hoofdstuk van ‘Peter Simple’ als ‘De Krijgsgevangenen’ opgenomen in het tijdschrift ‘Het Leeskabinet. Mengelwerk tot gezellig onderhoud voor beschaafde kringen.’ De vertaler, die Zeeland beter kende dan Marryat, liet de passage over de wolf wijselijk helemaal weg. Het verhaal was toch al spannend genoeg en moest wel geloofwaardig blijven. In de Nederlandse boekversie die in 1866 werd uitgegeven, was de wolvenscène echter weer wel aanwezig. Beetje dom?[l]