Jan Doense.
Jan Doense. Foto: Annet Eekman

VLISSINGEN - Bergen met werk zijn er de afgelopen maanden verzet door Jan Doense en zijn collega’s. “Laat het nu maar beginnen, we zijn er klaar voor”, zegt de festivaldirecteur van Film by the Sea.

Het zijn intensieve maanden geweest. “Niet zozeer omdat we het programma in elkaar moesten zetten, maar vooral omdat we lang niet wisten waar we aan toe waren”, zegt Jan Doense. Toen de bioscopen in juni de deuren weer mochten openen hebben hij en zijn bestuur alle voors en tegens op een rij gezet waarbij ze goed naar de kosten keken. “We zaten toen wekelijks bij elkaar. Zelf heb ik altijd voor ogen gehouden dat we een festival van tien dagen zouden organiseren. Ik moest dat ook wel doen, want als je de ene dag van dit uitgaat en de andere dat kom je nergens. Terugkijkend was het een struggle, maar daar merken de bezoekers straks niks van.”

Doense kreeg pas een definitief ‘ja’ van zijn bestuur toen de gemeente Vlissingen, provincie en een aantal fondsen zeiden te willen helpen en voor eventuele verliezen garant te staan. Ook Cinecity-directeur Ad Weststrate moedigde hem aan ervoor te gaan. “Zij zeiden het mooi te vinden dat er tenminste iets kan doorgaan en zijn zeer behulpzaam geweest. Het is fijn om die zekerheid te hebben.”

De provincie vroeg Doense te kijken om Film by the Sea meer uit te spreiden over de provincie.

Het resultaat daarvan zijn satellietfestivals in filmhuizen als Cinema Middelburg en ‘t Beest in Goes. “Het zwaartepunt van het festival is en zal altijd in Vlissingen zijn, maar ik heb vaker nagedacht om Film by the Sea uit te rollen over de provincie. Door de crisis is dat in een stroomversnelling gekomen.”

Lees verder op pagina zes van deze Vlissingse Bode.[n]