Jacco Schot bij een nieuwe oogst hangcultuurmosselen.
Jacco Schot bij een nieuwe oogst hangcultuurmosselen. Foto: Marielja ten Bruggencate

Veel handwerk bij oogst hangcultuurmosselen

NEELTJE JANS - Nu de hangcultuurmosselen twee jaar oud zijn is het tijd om ze te oogsten. De mosselmannen van Neeltje Jans Mosselen varen met de ZZ18 af en aan om de volgroeide hangcultuurmosselen binnen te halen.

DOOR MARIELJA TEN BRUGGENCATE

In april zijn schone hangcultuurtouwen in de Oosterschelde gehangen. De stroming brengt mossellarven mee die een plekje zoeken om zich aan vast te grijpen. De mosselmannen van Neeltje Jans Mosselen weten precies waar het meeste zaad in de Oosterschelde zweeft. “Als de touwen vol mossellarven zitten halen we ze op en trekken een kous rond het touw, zodat het mosselzaad niet weg kan spoelen,” vertelt Jacco Schot, mede-eigenaar van Neeltje Jans Mosselen. “Dan gaan de touwen naar de kraamkamer waar de larfjes kunnen groeien. De kous verteert in een paar weken, waarna de mosseltjes groot genoeg zijn om zichzelf vast te kunnen houden in de stroming.”
In het najaar worden de hangculturen verplaatst naar de baai bij Neeltje Jans. “Door de verplaatsing krijgen de mosselen een hardere schelp en zijn ze minder kwetsbaar.” In de baai groeien ze nog ruim een jaar, totdat de mossels twee jaar oud zijn: rijp voor consumptie.

Baard
De ZZ18 is een catamarankotter waarop een oogstmachine geïnstalleerd is. Achter de boot hangt een pomp die de zware mossellijnen opzuigt. De mosselen worden van het touw afgestroopt en in kisten op het dek gestort. Zijn de kisten eenmaal vol, dan brengt de ZZ18 ze naar de loods waar de mosselen verwaterd en gesorteerd worden.
In de loods worden de mosselen gespoeld, geschrobd en ontdaan van hun baard, de bruine draden waarmee ze zichzelf vasthouden. Twee dames controleren of er kapotte mosselen tussen zitten. Met vlugge handen weten ze alles wat niet voldoet van de band af te vissen. Daarna worden de mosselen op grootte gesorteerd en verpakt. Een man slaat op een groene knop van een twee meter hoge dispenser en een bulk van vijftien kilogram mosselen stort in een jutezak. Hij pakt de zak op, vouwt de randen naar binnen en zet de zak op de tafel waar hij met naald en draad de zak dichtnaait. Sneller dan mijn ogen kunnen volgen heeft hij vijf steken door het jute gehaald en een etiket vastgenaaid. Zijn collega aan de andere kant van de tafel pakt de zak en stapelt die op een pallet. Intussen rollen ook mosselen over een andere band naar de inpakmachine die mosselen in consumentenverpakkingen verpakt. “Sinds een paar jaar verpakken we ook mosselen in kartonnen bakjes, maar de consument is zo vertrouwd met de blauwe verpakking, dat we nog niet helemaal zijn overgeschakeld.”

Spierkracht
Het seizoen van de hangcultuurmossel loopt tot en met juli. Dan zijn alle tweejarigen geoogst en zijn de bodemcultuurmosselen aan de beurt. De hangcultuurmossel is romiger en zachter dan de bodemcultuurmossel, die al zijn spierkracht in moet zetten om niet door de stroming meegevoerd te worden. De hangcultuurmossel is eerder rijp dan de bodemcultuurmossel, omdat die meer licht en warmte van de zon krijgt, aangezien die in een hogere waterkolom verblijft. Ook zit er in de bovenste laag van het water meer voedsel voor de mosselen. Als het seizoen van de hangcultuurmossel in juli ten einde loopt, begint het seizoen van de bodemcultuurmossel. Bijna het gehele jaar zijn mosselen te koop bij Proef Zeeland, de winkel en eetgelegenheid bij Neeltje Jans Mosselen. “We leveren aan supermarkten, groothandels en horeca, in zowel Nederlands als België en Frankrijk.”[n]