MIDDELBURG – Marktkoopman Richard Breijer van De Notedop is een bekende verschijning op de Middelburgse weekmarkt. Hij is altijd in voor een praatje, maar zodra het over hemzelf gaat valt hij soms even stil.
“Dit nog erbij?” Vragend houdt hij de schep boven de papieren zak die in de weegschaal staat. “En een half pondje tutti frutti,“ herhaalt hij de bestelling, terwijl hij met zijn schep naar de andere kant van het kraam loopt. Zodra de klant is vertrokken knikt hij dat hij erg tevreden is over zijn verkoopcijfers tot nu toe. “Voor ons maakt corona niet uit en van alle maatregelen hebben wij als food-onderneming weinig last gehad.” Zijn vrouw Natasja roept een klant na. “Dag, Karel. Tot in Groningen.” Richard steekt groetend zijn hand naar de man op. “Nee, van de mindere weersomstandigheden heeft hij ook geen last. Ik heb veel vaste klanten die wekelijks of om de week langskomen, gewoon Middelburgers en mensen uit de buurt. Wel zijn er minder Duitsers op de weekmarkt dan voorheen.” Het maakt weinig verschil wat hij verkoopt aan de Nederlandse of Duitse toeristen. Wel ziet hij steeds meer jeugd op de vijf Zeeuwse markten waarop hij met zijn verkoopwagen staat. “Zij zien ook wel dat wat we op de markt verkopen vers is en van kwaliteit. Verser dan hier is bijna niet te koop.” Richard is tevreden over de Middelburgse weekmarkt en staat er altijd met plezier. “Het is er altijd druk met zowel eigen volk als toeristen.”[n]