Nederlandse taal, soms lastig

Natuurlijk wens ik u allemaal een in alle opzichten gelukkig 2022, en ik hoop u ook dit jaar een plezier te kunnen doen met mijn maandelijkse column. U weet vast wel, dat ik wel eens lezingen geef over mijn hobby ‘spelen met taal’, maar ook over mijn mooie werk van trouwambtenaar. Sommige mensen noemen mij ‘taalkunstenaar’, maar dat is te veel eer. Toon Hermans, dát was een taalkunstenaar, en Thierry Baudet natuurlijk. Er zijn veel soorten taal. Wat dacht u van prenataal, digitaal, genitaal, brutaal of kapitaal? Nu ik zelf ook wat ouder word, vind ik ‘vitaal’ de belangrijkste  taal.

Ik wil een bijzondere ‘taalervaring' die ik tijdens een lezing opdeed graag met u delen. Ik was te gast in Hoeven. In de pauze kunnen liefhebbers van mijn pennenvruchten boekjes of ingelijste versjes bij mij kopen. Zo kocht een man in Hoeven, het is alweer even geleden, in de pauze mijn boekje met de titel 70 x Paul, met mijn eerste 70 uitgebrachte columns. Toen de pauze voorbij was, pakte ik de draad van mijn lezing weer op, maar midden in mijn verhaal riep de man opeens vanuit het midden van de zaal, en ook nog met luide stem: "Meneer Asselenberg, d'r sta d'n fout in oew boekske”. Ik was even de draad kwijt, maar riep spontaan naar hem: "Da's interessant, na afloop kom ik wel even naar u toe”. Toen ik klaar was met mijn lezing zocht ik de ‘taalkenner’ op. Hij zei: "Kek ’s ier meneer Asselenberg, ier sta d’n gedichje over ’n prostitué, maar dat edde gij nie goed geschreve. Prostitué is nie met 1 E, maar da mot met 2 E’s geschreve worre. Met 2 E’s is ‘t ’n vrouw, en met één E (met ’n schuin stripke) is ‘t ’n vent”. Ik was totaal verrast, maar de man had helemaal gelijk. Ik vroeg hem: "is er ook nog prijsverschil?”, maar dat wist hij niet! De Franse taal is mooi, maar ook moeilijk.