Anneke Jumelet-Vette op een dijkdeel in haar woonplaats dat na de Ramp is verhoogd.
Anneke Jumelet-Vette op een dijkdeel in haar woonplaats dat na de Ramp is verhoogd. Foto: Britta Janssen

‘Dat hun namen worden genoemd, daar gaat het mij om'

YERSEKE - Uitkijkend over de plek waar haar vader bijna zeventig jaar geleden het woeste water op ging om, zonder enig idee van wat hen te wachten stond, hulp te bieden, vertelt Anneke Jumelet-Vette uit Yerseke over haar boek ‘Het water is kwaad'. Niet veel later zou blijken dat Jeroen Vette en de andere schippers die naar het gat in de dijk bij Ouwerkerk voeren met gevaar voor eigen leven vele mensen en dieren van de verdrinkingsdood zouden redden. "Dat hun namen genoemd worden, daar gaat het voor mij om bij het uitbrengen van dit boek.”

DOOR BRITTA JANSSEN

Vele publicaties zijn er verschenen over de Watersnoodramp van 1953. "Er is ook over de schippers geschreven, maar daarbij zijn slechts enkele namen genoemd”, vertelt Jumelet, die net één jaar oud was toen de dijken doorbraken en grote delen van Zeeland, Zuid-Holland en Noord-Brabant onder water kwamen te staan. "Ik zag het als mijn opdracht om alle namen van de redders boven water te halen. Daarvoor heb ik mijn uiterste best gedaan. Het waren er 313! Allemaal Yersenaren. Samen hebben zij ongeveer 3424 mensen gered.”

Eerbetoon
Jumelet beschrijft in haar boek de verhalen van 26 te hulp schietende mossel- en oestervissers. Dertien van hen interviewde ze. De andere dertien waren al overleden. Hun verhaal kon Jumelet door gesprekken met familie optekenen. "Na die 26 verhalen vroeg ik me af of er niet nog meer namen zouden zijn.” Na speurwerk in archieven kwam ze op in totaal 313 personen die in actie zijn gekomen. “Hiervoor heb ik de declaratieformulieren ingezien die schippers konden indienen voor bijvoorbeeld de schade aan hun boten die ze geleden hadden door de hulpverlening. Een aantal schippers gaf trouwens aan dat hun vergoeding gedoneerd mocht worden aan het rampenfonds.”
Haar vaders herinneringen komen ook aan bod in ‘Het water is kwaad'. De in Yerseke geboren en getogen mosselvisser heeft nog meegemaakt dat zijn dochter werkte aan het boek, maar Jeroen Vette heeft het eindresultaat niet meer in zijn handen kunnen houden. Jumelets ouders, beiden in de negentig, zijn in 2019 kort na elkaar overleden. Vier andere geïnterviewden zijn inmiddels ook overleden. “Mijn drijfveer voor dit boek was een eerbetoon brengen aan alle redders, ook voor hun nabestaanden. Mijn vader had het boek prachtig gevonden. Hij had zijn verhaal misschien nog een beetje mooier gemaakt dan het was”, glimlacht ze.

Kracht
Haar hele leven heeft Jumelet al belangstelling voor wat er is gebeurd tijdens de Watersnoodramp en ze sprak haar vader er meer dan eens over, vertelt ze op een dijk in haar dorp die is opgehoogd na de Ramp. “De broer van mijn moeder, zijn vrouw en hun kindje woonden in Nieuwerkerk en zijn verdronken. Hun huis is verzwolgen door de golven.”
Haar vader, en ook andere redders merkte Jumelet later, vertelden vaak eerst feitelijk over wat ze hebben meegemaakt en pas daarna over hun emoties. “Mijn vader was een van de eersten die naar het gat bij Ouwerkerk voer om hulp te verlenen. Hubrecht Koster na het voortouw voor de reddingsactie en mijn vader ging mee op een van de eerste schepen. Vanwege de storm was hij al in de haven, want schippers gingen hun spullen vastzetten, zodat er niets zou wegwaaien. Het water kwam op den duur zo hoog dat ze zandzakken gingen leggen. Er vluchtten toen zelfs mensen hun huis uit, omdat ze dachten dat het niet goed zou aflopen. Toen het water opeens snel zakte, wisten de schippers, er is een polder ondergelopen, een dijk doorgebroken. De Zanddijk heeft het gehouden, maar de polder bij Kruiningen liep helemaal onder water. Met man en macht gingen vissers in sloepen naar Kaasgat en voeren langs de huizen om te proberen mensen te redden.”
Schippers zijn mannen van de natuur, weet Jumelet. “Ze kennen de kracht van het water. Ik mocht van mijn vader bijvoorbeeld nooit met een luchtbed het water in.”
Jumelet vond het indrukwekkend om alle verhalen te mogen horen. “Wat me het meeste is bijgebleven is dat de redders allemaal zoiets hadden van we móeten het water op en helpen, want daar verdrinken ze. Er zijn hier drenkelingen uit Schouwen aangespoeld. Met gevaar voor eigen leven zijn ze gaan helpen. Dat doe je gewoon, vonden ze.”

Watersnoodmuseum
Anneke Jumelet-Vette presenteert ‘Het water is kwaad' in het Watersnoodmuseum in Ouwerkerk ter gelegenheid van de 70-jarige herdenking van de Watersnoodramp. Ze overhandigt het eerste exemplaar van haar boek op 20 januari aan burgemeester José van Egmond van de gemeente Reimerswaal. Op 27 januari is publiek welkom bij de boekpresentatie in de bibliotheek in Kruiningen.
Kijk voor meer informatie op https://vergetenredders.nl/.[n]