Afbeelding
Foto: Johan Wagenmakers

Bezoekje aan de weekmarkt Oud Gastel nog steeds de moeite waard

Door: Sandra Broosus Algemeen

OUD GASTEL - De Gastelse weekmarkt kent nog vijf vaste ondernemers: kaashandel Vincent Hennekam, vishandel Kees Bazen, huishoudtextiel van Dave de Beer, groenten-en fruithandel Louis Koevoets en ondergoed en nachtkleding van Trees en Henny Gresel. Hoewel de gloriejaren van het marktgebeuren achter ons liggen, zijn de huidige marktkooplui nog best tevreden over de sfeer en de klandizie.

DOOR JOHAN WAGENMAKERS

De weekmarkt in Oud Gastel is in 1970 mede opgericht door kaashandelaar Jacques Hennekam en groeten-en fruithandelaar Louis Koevoets, de vaders van de huidige ondernemers. Na het stokje aan hun zoons te hebben overgedragen, zijn na meer dan 50 jaar beiden nog steeds op de Gastelse markt te vinden. “Op mijn tiende jaar ging ik al met mijn vader mee. Vanaf mijn negentiende heb ik mijn eigen handel en sta ik op de markt,” vertelt Louis Koevoets (53). “Al met al kunnen we het goed rooien, alleen is de markt in al die jaren wel veranderd. Ik sta heel de week op diverse markten en overal zie je dezelfde problemen. Mijn vader is in de vroege jaren zestig begonnen. Toen stond er nog veel variatie op de markt en kwam er veel volk op af. ‘Al gooide ik het uit de wagen, dan kwamen de mensen het nog ophalen,’ zegt mijn vader altijd over die tijd. Met al die concurrentie nu van die grote supermarkten moeten we er wel wat meer voor doen, maar er is geen reden tot klagen.”

Gemoedelijk

Trees en Henny Gresel uit Roosendaal zijn met ondergoed en nachtkleding ook al meer dan 20 jaar op de Gastelse markt te vinden. “Zelf sta ik al meer dan 50 jaar op de markt, vanuit school kon je vroeger gelijk mee. Ik ben nu 66 jaar en onze dochter Diane wordt straks de vierde generatie,” laat Trees weten. “In het begin verkochten we gewoon uit een kraam, maar sinds 18 jaar hebben we een verkoopwagen. De markt in Oud Gastel bevalt prima. Het is een klein marktje, we staan maar met zijn vijven, maar het onderling contact is goed. Het is gezellig staan en de mensen zijn gemoedelijk. Als er tijd voor is maak ik graag een praatje. Veel klanten komen regelmatig. We hebben een breed assortiment waar we heel divers uit verkopen, maar pyjama’s en ondergoed zijn toch wel de hoofdmoot. We verkopen alleen maar kwaliteit, wat lang mee gaat. We kunnen er nog steeds een goede boterham mee verdienen. Het voordeel is dat we in al die jaren klandizie opgebouwd hebben en ze ons nog steeds weten te vinden. Veel mensen komen ook uit omringende dorpen.” Volgens Trees zijn mensen na al die lockdowns weer blij om persoonlijk geholpen te worden. “We hebben een luisterend oor, geven advies en denken mee met wat de mensen vragen. We sturen ook klanten naar elkaar toe. Ook naar de vaste winkels. Och, ik gun iedereen zijn boterham. Op de markt is het elke dag weer anders, net als het weer. De laatste jaren hebben we gewoon geen winter meer, maar kennen we alleen maar één lange herfst,” verzucht ze.

Plezierig dorp

De 48-jarige Dave de Beer rijdt al 27 jaar wekelijks met huishoudtextiel vanuit zijn woonplaats Tilburg naar Oud Gastel. “Het loont nog steeds. Het is een plezierig dorp, ik ken de mensen ondertussen en het onderlinge contact gaat makkelijk,” vertelt hij. “Hoewel men een kussen, hoeslaken of tafelzeil niet wekelijks koopt ken ik toch veel vaste klanten. Ik beschik over een ruim assortiment, geef service en advies en lever uitsluitend goede kwaliteit. Kwaliteit wint altijd en met kwaliteit hou je klanten. Het is wel jammer dat markten onder druk staan door onder meer internet, tweeverdieners en wekelijkse koopzondagen.”