Onderzoeker Jaco de Smit bij de Mobi Wave, een golfmachine voor onderzoek op schorren.
Onderzoeker Jaco de Smit bij de Mobi Wave, een golfmachine voor onderzoek op schorren. Foto: NIOZ

'Waterplanten helpen met kustbescherming'

YERSEKE - In zijn onderzoek naar natuurlijke kustbescherming, onder meer in Zeeland, heeft Jaco de Smit ontdekt dat zeegras voor de kust verrassend weerbaar is tegen stormen en dat slijkkreeftjes de bodem juist minder stabiel maken. De Smit, promovendus bij het Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee (NIOZ), dat ook een vestiging heeft in Yerseke, verdedigde zijn proefschrift vrijdag aan de Universiteit Utrecht.

Fysisch geograaf Jaco de Smit verbeterde een onderzoeksmethode om in de zee natuurgetrouwe experimenten te kunnen doen. "In de praktijk is het lastig om de bodemstabiliteit in het getijdengebied te meten, omdat je in het veld de golven en stroming niet kunt beheersen. Maar in het lab zou je het hele ecosysteem met planten en bodemdieren moeten transplanteren of nabouwen.” De Smit paste daarom een relatief nieuwe experimenteermethode toe die het midden houdt tussen het natuurlijke systeem en labexperimenten: hij bouwde zogenoemde veldflumes, stroomgoten van enkele meters lang, die hij in het getijdengebied plaatste. Voor verschillende delen van het voorland bouwden De Smit en zijn collega's drie verschillende soorten veldflumes. Die maken het mogelijk om de omstandigheden onder water en in het getijdengebied te meten én aan te passen. Uit zijn resultaten blijkt dat groot zeegras (Zostera marina), dat groeit in ondiep water, de zeebodem stabieler maakt, doordat het de kracht van het water wegneemt en zo voorkomt dat zand opwoelt. "Opmerkelijk genoeg is het effect van toenemende stormactiviteit klein. Dat betekent dat zeegrasvelden veel potentie hebben voor kustbescherming.”

Slijkkreeftje

Op Texel en in Zeeland onderzocht De Smit hoe sterk een bodem slijt als gevolg van de activiteit van bodemdieren in het slik, het modderige, niet begroeide deel van het getijdengebied. "Het slijkkreeftje Corophium volutator, ook bekend als wadkreeftje, maakt maar een klein deel uit van de biomassa in een leefgemeenschap, maar kan een groot negatief effect hebben op de bodemstabiliteit. Zelfs als er ook andere, grotere soorten, zoals het tweekleppige weekdier het nonnetje en de zeeduizendpoot, in de bodem zitten. Het twee à drie millimeter kleine kreeftje is dan ook een sleutelsoort voor de instabiliteit van de slikkenbodem.”

Zeespiegelstijging
Al honderden jaren beschermt Nederland zijn kustgebieden met dijken, maar door zeespiegelstijging moeten dijken steeds hoger en breder worden gemaakt om bestand te zijn tegen zware stormen. Dat is niet alleen erg kostbaar, het belast ook de natuur in getijdengebieden. Terwijl die ecosystemen - in het noorden van ons land bekend als kwelders en wadden en in Zeeland als schorren en slikken - juist de kust kunnen helpen beschermen. In Nederland, maar ook in vele andere landen wereldwijd. "Het zeewater voert zand en modder aan en waterplanten kunnen dat vasthouden", legt kustecoloog Tjeerd Bouma uit. Als expert op het gebied van natuurlijke kustbescherming bij het NIOZ begeleidde hij De Smit. "Daardoor groeit het voorland bij zeespiegelstijging mee met de zeespiegel. Dat maakt dat waterplanten in te zetten zijn als onderdeel van de kustbescherming. Een belangrijke voorwaarde is wel dat nauwkeurig te voorspellen moet zijn hoe de kracht van het zeewater de stabiliteit van de bodem beïnvloedt.” Daarom onderzoekt het NIOZ de dynamica van kustsystemen.[n]