Hein van Broekhoven viert honderdste verjaardag met de burgemeester

BERGEN OP ZOOM - Hendrikus (Hein) van Broekhoven viert vandaag zijn honderdste verjaardag en dat vraagt om een groot feest! Dat begon vanochtend al met een bezoek van al zijn kinderen én hun partners. Maar, ook burgemeester Frank Petter bracht een bezoek aan de krasse knar.

"Wat ziet u mooi", complimenteerde de honderdjarige de burgemeester. En nog voor de burgemeester ging zitten, begon Hein van Broekhoven al ronduit te vertellen over zijn leven. Hein was de derde zoon in een gezin van vijf kinderen. Op zijn elfde moest hij van school om thuis te helpen in het gezin, omdat zijn moeder ernstig ziek was. Zij overleed in 1933, toen Hein nog maar dertien jaar oud was. Hij maakte de Tweede Wereldoorlog mee en moest op verschillende locaties werken voor de Duitsers. 

Na de oorlog heeft hij onder andere bij de Gasfabriek gewerkt en later zelfs bij de dienst openbare werken van de gemeente. Daarover vertelde hij dan ook met veel plezier aan de burgemeester. Over zijn werk als vrachtwagenchauffeur en dat hij heel het land rondreed om nieuwe vrachtwagens of vuilnisophaalwagens op te halen. Ook vertelde hij over de oorlog die een diepe impact op hem heeft gehad én over zijn vrouw Dina Ligt met wie hij in 1945 is getrouwd. Hij vertelde over de Fortsche Boys waar hij jarenlang heeft gespeeld, over het Nieuwe ABG waar hij sinds 1,5 jaar woont én over zijn scootmobiel waarop hij graag door Bergen op Zoom reed.

Hein van Broekhoven is vader van vijf kinderen, opa van zeven kleinkinderen en overgrootopa van 4 achterkleinkinderen. Zijn kinderen kwamen maandagochtend allemaal op bezoek, samen met hun partners. "Wonen de kinderen allemaal nog in de buurt", wilde Petter weten. Dat was zo, vertelde Hein. "Da's mooi hè", stelde hij lachend. Later op de dag kwamen ook de (achter)kleinkinderen nog én andere feestgangers. "En Anita en Ed komen optreden, dat is familie van mij", vertelde Hein trots. "Dat is een drukke dag. En ga je zo dan nog even slapen?", vroeg Petter. "Slapen? Nee joh", lachte Hein.