Bakker Groffen: ‘We gaan niet mee in de stijgingen van 10%’

BERGEN OP ZOOM - Bakkers hebben het steeds zwaarder. De stijgende energieprijzen, de torenhoge inflatie en de verhoging van het minimum loon kan voor flink wat problemen zorgen. Maar een bakker die zijn hoofd nog wel boven water kan houden is Bakker Groffen.

Romano Groffen werkt al 25 jaar als bakker. “Bakker Groffen is een vader op zoon bedrijf. Na de mavo ben ik als 17-jarige jongen hier aan de slag gegaan. Ik heb op die leeftijd ook nog even gedacht aan het starten van een horecazaak, maar daar was mijn vader niet erg blij mee.” Inmiddels denkt Romano nooit meer aan een ander beroep. “Bakker zijn is ontzettend leuk. Het leukste vind ik dat ik mijn creativiteit erin kwijt kan. We spelen met onze producten in op de actualiteit. Als de koning jarig is maken we iets lekkers wat daarop aanhaakt”, aldus Romano Groffen. 

De bakker merkt veel van de prijsstijgingen. Dat begon al bij de prijsstijging van de tarwe die tijdens de corona periode ontstond. Maar ook de energieprijzen zorgen voor rekeningen die duizenden euro’s hoger zijn. “Iedereen heeft natuurlijk last  van de stijging, als particulier voel je die stijging net zo  goed als ondernemer. Alleen kunnen wij als ondernemer niet kiezen om de verwarming een paar graden lager te zetten en dan met een dikkere trui rond te lopen. We kunnen onze ovens wel minder warm zetten, maar dan kunnen we ons brood niet bakken.” 

De bakkerij is vorig jaar flink verbouwd, iets waar Romano blij mee is. “We hebben gekozen voor duurzame investeringen tijdens de verbouwing. Daar profiteren we nu van.” Romano wil dat de consument het brood en andere lekkernijen kan betalen, daarom houd hij veel rekening met de prijsstijgingen. “We vinden het vooral belangrijk dat de consument nog kan genieten van lekker brood. De consument heeft het meeste last van alle stijgingen en die willen we niet op een slecht stuk brood laten kauwen. We gaan absoluut niet mee in de stijgingen van 10% maar moeten helaas wel een beetje in prijs stijgen. Dat gaat dan om 5 of 10 cent per brood waardoor het voor de consument betaalbaar blijft.”