Afbeelding
Foto: Rinie Maas

Onthullingen tijdens interview met Kees Rijvers

Door: Sandra Broosus Column

'Feyenoord garandeerde mijn inkomen 10 jaar'

BREDA - We treffen elkaar in het Roode hert. Kees Rijvers wijst naar de Aogse Markt en vraagt met kritische blik "of het daarmee goed komt". Na mijn positieve antwoord plonsen we in het gesprek. Voor de foto met het boek over zijn Feyenoordjaren kiest hij voor de pomp tegenover het Roode Hert.

DOOR RINIE MAAS

NAC

Kees Rijvers speelt 'als broekie' zo goed dat het Joris van den Bergh, dè sportjournalist in Nederland het niet ontgaat. Vanaf 1943 t/m 1951 maakt Kees furore bij de geel-zwarten. Het voetbal staat onder de oorlog op een laag pitje. In de bevrijdingsjaren 1945-1946 wordt op grootse wijze het kampioenschap behaald in de 1e klasse Zuid. Lou van de Linden, Karel en Herman Bouwmeester, Jan Pirard, Leen den Engelsman en Kees Rijvers dat zijn de klinkende namen. In Oranje had hij graag als 'tikkie takje duo' met Herman Bouwmeester van NAC gespeeld. Voor zijn vertrek als prof naar Frankrijk speelde hij als speler van NAC negentien interlands. In 1957 ging Rijvers naar Feyenoord Kees kwam op links binnendoor en vormde een vleugel met Coen Moulijn. Hij bleef drie jaar bij Feyenoord en keerde daarna terug naar Saint-Etienne. Voor Feyenoord speelde hij 96 competitie- en zes bekerwedstrijden. "Met Rijvers ging het spelpeil bij Feyenoord flink omhoog", meldt de voetbalencyclopedie de F is van Feyenoord. "Hij sluit zijn voetballoopbaan in 1963 af bij NAC".

Moulijn

Natuurlijk was Kees Rijvers in genoemd jaar een formidabele aanwinst voor Feyenoord. Voetballer van het jaar In Frankrijk, interlandspeler in een voorhoede die in de geschiedenis van het Nederlands elftal zijn weerga niet kent vanwege het gouden binnentrio Rijvers, Lenstra en Wilkes. Cor Kieboom, kolenhandelaar en voorzitter van Feyenoord, loopt het vuur uit zijn sloffen om de in Frankrijk succesvolle binnenspeler voor de gevreesde vijfmans voorhoede in de nieuwe sterrenformatie te contracteren: Coen Moulijn, Kees Rijvers, Henk Schouten, Cor van de Gijp en Daan den Bleijker.

Contract

Kees Rijvers: "Moulijn was formidabel. We speelden moeiteloos samen. Toch ben ik verhuisd naar het middenveld. Ik haalde de bal op als linksbinnen. Ik vond dat we op die momenten elkaar teveel voor de voeten liepen. Van der Leck zag dat ook. Door te wisselen met Schouten was dat opgelost". In 1959 speelt hij een magistrale wedstrijd met het Nederlands elftal tegen de kansloze Belgen. (9-1). Zijn verbintenis met Feyenoord kwam tot stand door een uniek contract dat zijn inkomen bij de club garandeerde over 10 jaar. "Ik ging zelf weg maar was ik die jaren bij Feyenoord gebleven dan was dat zekerheid. Het was een groot contract. Ik tekende maar verloor het teambelang niet uit het oog".

Kieboom

Cruciaal in zijn gesprekken met Kieboom was van begin af aan de heikele stelling van Kees dat semi-prof voetbal en werk niet de combinatie is om de beoogde doelen te halen. Eenmaal in de Kuip beland zag hij het realiteitsgehalte van zijn stelling. "De dwaling die de KNVB maakte door tegen professioneel voetbal te zijn trof ik op een opvallende manier bij deze topclub aan: Geweldige voetballers, Van Kerkum, Veldhoen, Schouten….Maar wel topvoetballers zonder topbegeleiding. Die met hun pakje brood na hun soms zware werk in de Haven of bij Pernis op de fiets naar de training komen om te schaven aan hun techniek en conditie". Rijvers deed meteen zijn gezinssimca weg. "Iedereen wist al dat ik een groot contract had; oké geen probleem. Dat zeiden de spelers ook: "Kees je speelt hier niet voor een mandje eieren; het telt voor ons niet… maar ik was ermee bezig".

Bot

Zijn prof status en de semi prof status van de anderen zou hem parten blijven spelen. Het bleef een discussiepunt tussen Kees en Kieboom. "Ik heb me toen soms bot geuit. Maar Hij was een zelf-kritisch reagerende voorzitter: met die man is iets te bereiken, dacht ik". Rijvers bleef erover bezig en wist een aantal spelers bij het zware werk weg te krijgen. Het lukte hem ook voor de vader van Coen Moulijn bij de olieraffinaderij. "Daar zijn ze me lang dankbaar voor geweest". In het veld steeg het peil door een veel betere begeleiding. "Je zag frissere spelers; er werd met plezier gevoetbald".

prof

"Na mijn vertrek was de boel in opbouw. Rinus Bennaars kwam nog altijd met de trein uit Roosendaal na zijn werk. Zo ook de generatie Jan Klaassen en z'n maats. Pummy (Pumpke) Bergholtz kwam binnen in een Feyenoord dat professioneler was. Ik ben blij met het eerste kampioenschap van Feyenoord na 1940 in 1961. Als dat is gebeurd, zoals de voetbalwetenschap meent, door mijn bijdrage op en buiten het veld dan is dat – met mijn Franse tijd als prof – het terugkijken waard".



Blijf op de hoogte van het lokale nieuws uit jouw regio met onze dagelijkse nieuwsbrief