Gemeente hoeft minder statushouders te huisvesten

ETTEN-LEUR - De gemeente Etten-Leur moet dit jaar dertig statushouders huisvesten. Dat zijn er minder dan oorspronkelijk gepland. Het ministerie van Binnenlandse Zaken heeft het aantal bijgesteld, omdat er de afgelopen maanden minder verblijfsvergunningen zijn verstrekt.

In eerste instantie was het de bedoeling dat Etten-Leur in het eerste half jaar van 2019 twintig statushouders zou huisvesten. Het gaat om voormalige asielzoekers die een verblijfsvergunning hebben gekregen. Gemeenten hadden bij staatssecretaris Raymond Knops aan de alarmbel getrokken. Het was voor hen praktisch onmogelijk om zoveel statushouders een woning toe te wijzen, omdat er simpelweg minder vluchtelingen met een vergunning naar hen werden doorverwezen. Het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA) kon daardoor minder mensen koppelen.

Onderdak

Knops komt nu tegemoet aan de vraag van de gemeenten. Daardoor is de taakstelling voor de gemeente Etten-Leur omlaag geschroefd. Het eerste half jaar dienen nu vijftien statushouders onderdak te krijgen. In de tweede helft van 2019 zijn dat er eveneens vijftien. Gemeenten zijn wettelijk verplicht om voormalige asielzoekers te huisvesten en te helpen met inburgeren. Knops heeft de taakstelling voor alle gemeenten voor het eerste half jaar bij geschroefd van 8.000 naar 6.000 te huisvesten statushouders.