Voetbalster Anouk Krouwel: ‘Als ik fit ben, heb ik de capaciteiten en de ambitie om prof te worden’

HALDERBERGE- De Oranje Leeuwinnen worden steeds populairder en jaar op jaar gaan meer meiden en vrouwen in clubverband voetballen. In het seizoen 2019/2020 groeide het aantal vrouwelijke KNVB-leden met bijna één procent, het jaar ervoor was dat zelfs 1,64 procent. Daarmee telt ons land inmiddels 162.471 vrouwelijke KNVB-leden. Ook in Halderberge wint dames- en meisjesvoetbal terrein. We brachten een bezoekje aan drie Halderbergse voetbalclubs waar damesvoetbal hoogtij viert.

De Gastelse Anouk Krouwel (19), zit al vanaf haar achtste jaar op voetbal en droomt van een carrière in het damesvoetbal. “Eerst zat ik op ballet en keek ik samen met mijn vader naar voetbal op tv. Dat vond ik interessanter, daardoor ben ik lid geworden van SC Gastel.”

“Eerst speelde ik met de jongens en kon gemakkelijk mee. De trainer zette mij mid-mid, wat een belangrijke positie is en hoewel ik nog onzeker was ging mij dat goed af.” Na drie jaar met de jongens gespeeld te hebben en later alle meisjesteams te hebben doorlopen, kwam Anouk op 16-jarige leeftijd in het eerste dameselftal terecht. “Omdat ik nog vrij jong was, was dat in het begin spannend. Mijn teamgenoten echter waren vriendelijk en lieten me, nadat ze gezien hadden hoe ik voetbalde, toe.” In de jeugd werd Anouk al in de spits gezet, begon ze aardig wat te scoren en heeft ze nog in de KNVB-selectie Brabant/Zeeland gezeten. Omdat Anouk hogerop wilde, heeft ze vorig jaar de overstap gemaakt naar DSE in Etten-Leur. “Zij spelen in de Hoofdklasse. Na het spelen van enkele oefen- en bekerwedstrijden kreeg ik een bal op mijn hoofd, waar ik nog steeds last van heb. Dat de competitie stilligt komt mij nu wel goed uit. Sinds het Nederlands vrouwenelftal bekender is geworden neemt men het vrouwenvoetbal serieuzer en zijn veel meiden ook enthousiaster geworden om te gaan voetballen.” Toekomstplannen heeft ze ook. “Eerst doorbreken bij DSE en daarna nóg hoger als het kan. Als ik fit ben heb ik de capaciteiten en de ambitie om prof te worden.”