Afbeelding

Column Hanneke Marcelis: 'Snoephappen'

Door: Hanneke Marcelis Algemeen

Als vereniging moet je het seizoen spetterend afsluiten. Want de zomer moet gevierd worden. En groots ook. Daar ben ik een overtuigd voorstander van. Bij de scoutingvereniging waar ik lid van ben, doen we dat met een afsluitmiddag. Dus toen de ideeën gepresenteerd werden en ik een reeks oninteressante spelletjes zoals bootjes vouwen en snoephappen op de planning zag staan, trok ik dan ook meteen ten strijde. Prima dat er een paar simpele spelletjes tussen zitten, hoor. We moeten toch zo'n honderd leden tegelijkertijd bezig gaan houden. Maar alles wat groots kan, wil ik het liefste nóg groter.

Zo was er een plan voor een springkussen. Daar konden de kinderen dan op spelen als ze klaar waren met alle activiteiten en hun stempelkaart vol hadden. Maar een springkussen is saai. Ik wilde een gigantische, opblaasbare stormbaan. Klimmen, klauteren, springen en vallen. En met een beetje gezeur en een flinke portie overtuigingskracht kreeg ik dat ook voor elkaar. De stormbaan kwam er. Net als een zelfgebouwde wandklimmuur. Een metershoge kabelbaan. Een uitgebreid low-rope parcours. En een semi-professionele boogschietbaan. Alle ouders en kinderen keken hun ogen uit toen ze op het terrein aankwamen. De scouts stonden te springen om te beginnen. En ik was tevreden.

Aan het einde van de dag kwam één van onze 8-jarige scouts hijgend naast me zitten op de opblaasbare stormbaan. Het zweet stond op zijn voorhoofd. Zijn haar was doorweekt. Trots liet hij zijn volle stempelkaart zien. "Wauw, heb je álles gedaan vandaag?", vroeg ik met oprechte verbazing. Hij knikte. "En wat vond je dan het állerleukste?", vroeg ik terwijl ik het veld rond keek waar alle indrukwekkende activiteiten stonden uitgestald. Er volgde een stilte. Het jongetje dacht diep na. Tot een grijns van oor tot oor verscheen. "Snoephappen!", glunderde hij. Met ongeloof keek ik naar het teiltje water wat verderop stond, waar een aantal kleffe snoepjes op de bodem lagen. Snoephappen. Natuurlijk. Ik stapte met een zucht van de stormbaan af en keek het jongetje aan. "Zullen we dat nog maar een keer gaan doen dan?" Enthousiast rende hij voor me uit. Langs de kabelbaan. Het wandklimmen. Boogschieten. Tsja. Klein, kinderlijk geluk. Daar kan ik nog wat van leren.



Blijf op de hoogte van het lokale nieuws uit jouw regio met onze dagelijkse nieuwsbrief