Daniëlla Kreiken-Veldkamp
Daniëlla Kreiken-Veldkamp Foto: Ellen De Vriend

Walvissen in Schotse Huizen in Veere

Door: Ellen De Vriend Algemeen

VEERE – In museum Schotse Huizen in Veere is een nieuwe tentoonstelling te zien over de walvisvaart. ‘Balaena: Vis, Vis Wallevis’ laat het verschuivend perspectief zien van held naar dierenbeul. De collectie is van de vorig jaar overleden walvisvaarder en maritiem historicus Albert Veldkamp. Zijn dochters hebben de expositie samengesteld. 

DOOR ELLEN DE VRIEND

Ruim vier eeuwen hangt aan de muur bij de haveningang van Veere al een kaak van een Groenlandse walvis. Al in 1616 vertrokken er schepen ten walvisvaart uit Veere naar Spitsbergen. Directeur Veronica Frenks van Museum Veere deed onderzoek naar de kaak en schreef er een boekje over. De expositie ‘Balaena: Vis, Vis Wallevis’ is er een vervolg op. Deze bestaat uit drie delen. Deel een gaat over de zeventiende eeuw waarin de walvisvaart voor Nederland bijna ophoudt. Daarna de negentiende eeuw waarin vooral Amerikanen naar Spitsbergen voeren en alles van het dier gebruikten zoals het plastic van tegenwoordig. Deel drie gaat over de periode na de hongerwinter waarin vet en geld nodig waren. Toen voer de Willem Barendtz uit, het schip waarop Albert Veldkamp stuurman was.

Helden
“Walvisvaarders werden beschouwd als helden,” zo begint Daniëlla Kreiken-Veldkamp haar rondleiding op de zolder van het museum. Zij heeft de expositie, samen met haar man Marco en zus Cora Scholte, als gastconservator ingericht. Voorheen was ze galeriehoudster in Rijswijk en heeft ze ook museumwerk gedaan. Sinds kort woont ze in Veere.“In de winter haalden de zeilschepen wijn en zo uit de landen rond de Middellandse Zee. Van mei tot september waren ze in het noorden. Veere was in die tijd al een handelsstad en doordat men meer ’s avonds ging leven was er meer licht nodig en dus lampolie. Dat kon ook gewonnen worden uit koolzaad, maar de boeren verbouwden liever granen. Het ging puur om de olie, de rest van de walvis werd die eerste jaren niet gebruikt. Met kleine bootjes voeren de mannen uit om met harpoenen de walvissen te vangen. Aan wal stond een traankokerij, waar het vet werd uitgekookt.”

Omstreden onderwerp
Na de Tweede Wereldoorlog werden na bijna twee eeuwen weer robben, walrussen en walvissen gevangen op Antarctica. De moderne jagers vingen soms wel vijftig dieren per dag. Aan het begin van de jaren zestig kwam een einde aan de korte opleving van de jacht doordat de wereld besefte dat de walvis beschermd moest worden. Daniëlla heeft bij alles voorwerpen van de expositie een verhaal. De gigantische wervels die te zien zijn stonden vroeger in het huis van de familie Veldkamp als krukje en plantentafel. Ook stond er een harpoenkanon in de tuin en in de woonkamer. Hoe de mannen ijsberen van hun lijf moesten houden is te zien op een schoolplaat, die nu niet meer in een klas zou mogen hangen. Er zijn gebruiksvoorwerpen te zien, lijsten met proviand en vleet en zelfs kledingstukken.

Museum Veere is vanaf april dagelijks geopend van 10.00-17.00 uur. Tot die tijd alleen in het weekend van 13.00-17.00 uur.



Blijf op de hoogte van het lokale nieuws uit jouw regio met onze dagelijkse nieuwsbrief