Gedeputeerde: ‘We willen Zanddijk juist meer prio geven’

YERSEKE - Met het nieuwe onderzoek voor de verbetering van de Zanddijk (N673) tussen Yerseke en Kruiningen schuift de provincie Zeeland het project niet op de lange baan. “We willen er juist meer prioriteit aan geven”, stelt gedeputeerde Harry van der Maas.

De provincie meldde twee weken geleden het deelplan voor de aanpak van de drukke Zanddijk te parkeren en de komende maanden opnieuw te kijken naar een totaaloplossing voor de verkeersproblemen rondom Yerseke. Dat verraste de gemeente Reimerswaal. “De tijd gaat dringen”, zei wethouder Jaap Sinke. “Dat signaal krijg ik ook uit het bedrijfsleven, want het wordt steeds drukker op de Zanddijk.” Er komen ondernemingen bij in Yerseke en de Olzendepolder en er breiden bedrijven uit. Daardoor rijdt er vooral steeds meer vrachtverkeer op de Zanddijk.

Kosten

Het deelplan - een nieuwe ontsluiting voor de Olzendepolder met een verbinding naar de Molendijk - was bedacht om de kosten met een gefaseerde aanpak van de Zanddijk over meerdere jaren uit te spreiden. Stijgende kosten door economische omstandigheden en extra wensen van omwonenden en ondernemers, zoals een fietstunnel en grotere rotonde, zijn voor de provincie de belangrijkste reden voor het nieuwe onderzoek.

Uitkijken

De uitkomsten hiervan verwacht de gedeputeerde in maart of april. “Yerseke kan hiernaar verwachtingsvol uitkijken “, benadrukte Van der Maas woensdag bij de opening van de ovonde bij Kruiningen. “We hebben nu een plan voor alleen fase één, maar straks voor het hele project.” Als Provinciale Staten de benodigde middelen besluiten vrij te maken, kan de Zanddijk helemaal worden aangepakt, aldus Van der Maas. “Dan loopt het project ook geen vertraging op.”

Groot project

Gedeputeerde Staten (GS) stellen Provinciale Staten (PS) voor de Zanddijk als ‘groot project’ te bestempelen. PS praten hierover in november. Dit voorstel geeft wat de gedeputeerde betreft de urgentie van GS aan. “Als de Zanddijk een ‘groot project’ wordt, gaan we per kwartaal met de Staten in gesprek over de voortgang. Dan moet er dus ook wat te melden zijn.”