Afbeelding

Peter Kesseler is geen voorstander van centralisatie

Algemeen

ROOSENDAAL - Twee gemeenteraadsleden, Arwen van Gestel en Michael Yap, Paul Klaver als inspirerend ‘inleider’, de prachtige locatie van de kapel in Mariadal en de man die de negende Roosendaalse lezing verzorgde, Peter Kesseler, waren de ingrediënten van een bijzondere, kritische analyse van het Roosendaals DNA. Tijdens de inleiding verwees Klaver naar de feestdag van Franciscus en Dierendag. In het voormalige klooster van de Franciscanessen, zouden verbeelding, inspiratie en religie het Roosendaalse DNA kunnen verbinden. En hij verwees nadrukkelijk naar de prachtige plaats, de kapel van Mariadal, waar niet alleen rust en stilte ontstonden, maar waar dat ook bij de toehoorders binnen zou kunnen komen.

De spreker Peter Kesseler, bekend als culinair ondernemer en verzorger van onder andere theaterdiners, benoemde aan het begin van zijn zoektocht dat hij geen geboren en getogen Roosendaler is, maar dat hem dat nu precies een betere kijk op het Roosendaalse DNA zou kunnen geven. “Tenslotte moet een slager ook niet zijn eigen vlees keuren”. Hij had tijdens zijn voorbereidingstijd van nauwelijks twee weken, een aantal oud-sprekers gebeld en gevraagd wat het belangrijkste advies was dat ze hem konden geven. “Een goede voorbereiding”, vertelde iedereen tegen me. “Vervolgens heb ik me herhaaldelijk de vraag gesteld wat me het meeste opviel toen ik in Roosendaal verzeild raakte. Het allereerste was ongetwijfeld de geur van Roosendaal. De suikerfabriek, toen nog in volle gang, verspreidde een doordringende, altijd herkenbare geur.” Wat hem daarnaast ook veelvuldig had verbaasd, was de mentaliteit van de Roosendalers. “Zodra ze ergens voor geknokt hebben, en ze wonnen eens van het machtige Breda of chauvinistische Bergen op Zoom, dan was het iets wat vooral behouden moest blijven. Ze maken er dan onmiddellijk een traditie van.” Kesseler, die ambitieus, gedreven en op creatieve wijze zijn plaats in de Roosendaalse samenleving heeft verworven, merkte wel op dat met name de bureaucratische processen binnen de gemeente niet altijd de beste stimulans waren geweest om te vernieuwen en experimenteren.

Kritisch Hij noemde tal van voorbeelden, waarbij de regelgeving een rem was op de ontplooiing van kunst en cultuur. “Een mooie uitzondering op die regelgeving was, af en toe, voormalig wethouder Kerkhof-Mos. Zij was oplossingsgericht ingesteld, zodat er ook over andere dan betreden paden kon worden gewandeld”. Vervolgens richtte Kesseler zijn pijlen op de slogan ‘Cultuur verbindt mensen’, waarbij hij zich expliciet uitliet over het gevaar om kunst en cultuur helemaal samen te brengen. “De schouwburg, het museum, het archief, het wordt straks een onneembaar bastion, terwijl cultuur zich juist tussen en met elkaar moet afspelen. Amateurs en professionals moeten elkaar weten te vinden om tot iets moois te komen.” Eén organisatie die alles bestiert, werkt nadelig voor andere initiatieven van amateurs. “Daardoor verdwijnt het hinkelen, huppelen en koprollen als vertrouwd beeld”, zei hij over de betreffende centralisatie. “En natuurlijk is er cultuur, SBS-cultuur wel te verstaan. Roosendaal zingt, …zingt Kerst, ..zingt Carnaval, maar er is nog zoveel ander moois.” Hij sloot af met een welgemeend advies: “We moeten gaan praten over smaak, want daar valt echt nog wel over te twisten.”

BIJDRAGE RENÉ BRUIJNINCX



Blijf op de hoogte van het lokale nieuws uit jouw regio met onze dagelijkse nieuwsbrief