20,5 miljoen voor bestrijding ondermijnende criminaliteit Brabant en Zeeland

ETTEN-LEUR - Brabant en Zeeland krijgen 20,5 miljoen euro uit het zogenaamde Ondermijningsfonds van minister Grapperhaus. Dat blijkt uit een brief die de minister deze vrijdag aan de kamer heeft gestuurd. Daarnaast krijgen Brabant en Zeeland ook nog eens 4 miljoen uit een fonds voor de bestrijding van Cybercriminaliteit.

In totaal verdeelde de minister 100 miljoen over verschillende projecten in het land. Geld dat volgens hem hard nodig is. “We worden bijna dagelijks geconfronteerd met georganiseerde criminaliteit die onze samenleving ondermijnt”, stelt hij in een verklaring die het ministerie verspreidde. “Door gevaarlijke drugslabs midden in woonwijken, door bedreiging van bestuurders en door vermenging van onder- en bovenwereld.”

Grapperhaus ziet de aanpak hiervan als een van zijn belangrijkste opdrachten. “Nederland moet een minder aantrekkelijk land worden voor de georganiseerde misdaad, daarom gaan we de onderliggende voedingsbodem aanpakken. Door deze concrete investering en door versterking van de  samenwerking van overheden en bedrijfsleven gaan we de georganiseerde misdaad een slag toebrengen.”

In Brabant en Zeeland gaat er geld naar versterking van de weerbaarheid van de samenleving. Hiermee moeten de rekrutering van ‘potentiële doorgroeiers in het criminele drugscircuit’ worden bestreden. Ook wordt ingezet op een wijkgerichte aanpak, bijvoorbeeld door onderzoek naar vergroting van de meldingsbereidheid onder burgers. Ook krijgen gemeenten steun, waardoor de ambtelijke organisaties en politiek weerbaarder moeten worden. Dat gebeurt onder meer via ontwikkeling van methodieken, trainingen en plannen van aanpak op het terrein van bedreiging, integriteit en corruptie. Daarnaast is er geld voor analyse van big data.

Burgemeesters in de regio hebben de afgelopen jaren al meerdere malen aangedrongen op extra geld. "Dit laat zien dat samenwerking loont", stelt de Bredase burgemeester Paul Depla in een reactie. "Het is ook een beloning voor de kracht van ons regionale programma, waarbij we repressie en het interveniëren in het criminele bedrijfsproces combineren met preventie."    

Volgens Depla is de toekenning van een vijfde van het totale budget ook een krachtig signaal dat de regio op de goede weg is. "Dat betekent dat we een gidsfunctie hebben in de aanpak. Hiermee kunnen we behoorlijk aan de gang. De criminelen mogen in de gele trui zitten, om het in wielertermen uit te drukken, wij komen een stuk dichterbij."