Inwoners betalen in 2019 meer afvalstoffenheffing

STEENBERGEN - Inwoners van de gemeente Steenbergen gaan in 2019 meer betalen voor de afvalstoffenheffing. Dat heeft volgens de gemeente niet alleen te maken met het Omgekeerd Inzamelen, maar vooral met de twee Europese aanbestedingen die onlangs plaats hebben gevonden. Er werd uitgegaan van twee gunstige aanbestedingen, maar in plaats daarvan moet fors bijbetaald worden.

De gemeente moest nieuwe afspraken maken rondom zowel de verwerking van Grof Huishoudelijk Restafval, als de inzameling van GFT-, Plastic verpakkingsafval en Drankenkartons en Restafval. "De resultaten van deze aanbestedingen hebben deels effect op het tarief van de afvalstoffenheffing."

Grof Restafval

Het Grof Huishoudelijk Restafval (GHRA) is het ongesorteerde huishoudelijke restafval dat inwoners naar de milieustraat brengen. Een klein deel daarvan is volgens de gemeente afkomstig van de verschillende afvalbakken in de wijken. "Inwoners in onze gemeente genereren jaarlijks nog heel veel GHRA, namelijk 51 kilogram per inwoner per jaar." Het gemiddelde voor soortgelijke gemeenten ligt rond de 20 kilogram per inwoner per jaar. Dat afval moet allemaal verwerkt worden. Twee partijen lieten weten daar wel interesse in te hebben en kwamen met een offerte voor de komende twee jaar. "In de begroting is een bedrag opgenomen van 141.595 euro voor de verwerking. De laagste inschrijving bedraagt 181.640 euro." Dat zorgt voor een negatief resultaat van 40.045 euro. De hogere kosten hebben volgens de gemeente te maken met het feit dat de sorteercapaciteit van deze specifieke stroom zeer beperkt is in Nederland. "Dit resulteert in een beperkt aantal inschrijvingen en hogere verwerkingskosten."

Inzameling

De aanbesteding van de inzameling van de verschillende containers (GFT, Plastic en drankkartons én Restafval) ging eveneens minder goed dan verwacht. Drie partijen schreven zich in voor deze specifieke aanbesteding. "Het verschil tussen de hoogste en de laagste inschrijving bedroeg nog geen 2.000 euro." In de begroting 2018 is voor deze afvalinzameling een bedrag opgenomen van 529.399 euro. "De meest gunstige inschrijving die ingediend is, is een bedrag van 643.431,05 euro." Dat zorgt voor een verschil van 114.032,05 euro en volgens de gemeente is dat te wijten aan de aantrekkende economie. "Landelijk gezien zijn de kosten voor inzameling gestegen. Dit blijkt ook wel uit de drie inschrijvingsbedragen met een minimaal verschil." Volgens de gemeente had er ook zonder de invoer van het Omgekeerd Inzamelen een soortgelijke kostenstijging plaatsgevonden. "Een klein deel van de inzamelkosten kan worden toegewezen aan het Omgekeerd Inzamelen." Van de 643.431,05 euro gaat 'slechts' 79.406,26 euro naar het Omgekeerd Inzamelen. "Het overgrote deel van de inzamelkosten wordt niet veroorzaakt door het Omgekeerd Inzamelen."

Risico

"Momenteel is de afvalinzameling een onderwerp dat erg leeft bij onze inwoners. Er is in een korte tijd veel veranderd en dat betekent een periode van wennen", stelt de gemeente. Met het omgekeerd inzamelen hoopt de gemeente de hoeveelheid kilo's restafval per inwoner te verminderen. Nu staat de teller per inwoner nog op 232 kilogram restafval per jaar, maar in 2020 wil de gemeente slechts 100 kilogram restafval per inwoner overhouden. "Om onze ambitie te realiseren is een gedragsverandering nodig." De gemeente is echter bang dat nu de afvalstoffenheffing voor het komende jaar verhoogd moet worden, de motivatie om het gedrag te veranderen verdwijnt. "De stijging kan door onze inwoners geheel worden geassocieerd met de nieuwe manier van inzamelen, terwijl dit grotendeels niet het geval is."