Hier zijn ze van alle markten thuis: ‘We denken er wel over na om de markt te verplaatsen’

HOOGERHEIDE - Van een viskraam tot een groenteboer en van delicatessen uit binnen- en buitenland tot de kaasboer. De weekmarkten in Putte en Hoogerheide zijn van alle markten thuis. Maar hoe is dit jaar geweest voor de marktondernemers? Bleven de klanten weg of vinden zij het juist fijn om boodschappen te doen in buitenlucht? Is de weekmarkt veranderd en hoe zien de marktkramers de toekomst? Wij spraken met een aantal ondernemers en wethouder Jeffrey van Agtmaal.

De gemeente Woensdrecht kent geen grote traditie op het gebied van weekmarkten. Putte is dankzij de Belgen de grootste en in Hoogerheide verzamelt elke week een groepje marktkramers zich op het Lucasplein.

Lucasplein

Wethouder Jeffrey van Agtmaal van de gemeente Woensdrecht heeft de markt in Hoogerheide de laatste jaren kleiner zien worden. “De kramen staan op vrijdag al jaren op het Lucasplein. Vroeger was dat hét plein van Hoogerheide, maar de laatste jaren zijn er meer pleinen en aantrekkelijke locaties bijgekomen. We denken er wel over na om de markt te verplaatsen naar het Van der Meulenplein, maar dat moeten we een keer goed oppakken. Als de ondernemers het ook zien zitten, kunnen we de markt wellicht nieuw leven inblazen, maar tegen Bergen op Zoom of Etten-Leur kunnen we nooit op.” 

Stabiel

De weekmarkt in Putte op woensdagen is de grootste van de twee. Daar is het aantal kramen de laatste jaren ook geslonken, maar het aantal bezoekers is stabiel gebleven. Verreweg de meeste bezoekers zijn Belgen. “De markt heeft ook een klap gehad toen de grens dicht was tijdens de eerste lockdown. Nu is het drukker dan voorheen. Het lijkt alsof corona mensen bewuster heeft gemaakt van de markt.” 

Telefoonhoesjes

Van Agtmaal ziet wel dat het vooral food is wat de klok slaat. “De kramen met telefoonhoesjes die je vroeger zag, zie je nu alleen nog op braderieën en jaarmarkten. Dat soort markten leeft in de gemeente dan weer wel. In normale jaren kun je over de koppen lopen.”