Jeroen van der Ha hijst de regelboogvlag voor twintig jaar homohuwelijk.
Jeroen van der Ha hijst de regelboogvlag voor twintig jaar homohuwelijk. Foto: Humphrey Hekhuizen

Ook Woensdrecht staat stil bij twintig jaar homohuwelijk

Door: Joep Bremmers Algemeen

WOENSDRECHT - Op 1 april was het twintig jaar geleden dat het homohuwelijk in Nederland werd ingevoerd. In de gemeente Woensdrecht werd hier aandacht aan besteed op initiatief van D66-raadslid Jeroen van der Ha. Waar normaal gesproken alleen op 11 oktober, op Coming Out Day, de regenboogvlag wappert, hing de vlag nu ook op 1 april in de vlaggenmast.

Volgens Jeroen had hij als raadslid aan de gemeente Woensdrecht gevraagd of er hier ook aandacht was voor twintig jaar homohuwelijk. “Ik had op Instagram een berichtje gelezen van onder meer de Gaykrant met de oproep om op 1 april de regenboogvlag uit te hangen voor dit jubileum. Ik heb dit toen intern nagevraagd en mocht vervolgens namens de gemeente Woensdrecht zelf deze dag de regenboogvlag hijsen. Het raakt mij persoonlijk, maar ook als samenleving is het belangrijk om bij dit feit stil te staan. Want ook al waren we twintig jaar geleden de eersten die het homohuwelijk invoerden, inmiddels zijn we van de eerste plaats afgezakt naar plaats 13 wereldwijd. En ook recente onderzoeken van onder meer Movisie laten verontrustende cijfers zien als het gaat om de acceptatie van LHBT+(lesbiennes, homoseksuelen, biseksuelen, transgenders en alle andere varianten van seksuele voorkeuren en genders).”

Onderzoek
In het deels Europese onderzoek waar Jeroen op doelt, van kenniscentrum Movisie, meldde 10% van de Nederlandse LHB-respondenten fysiek aangevallen te zijn om hun geaardheid. Daarnaast gaf 22 procent van de LHBT+-personen in Nederland aan ooit bij de politie aangifte te hebben gedaan van een fysieke of seksuele aanval en nog eens 20% van de Nederlandse transgender personen werd slachtoffer van een fysieke of seksueel gemotiveerde aanval. Dat is twee keer zo veel als het gemiddelde voor alle LHBT+-groepen.

Hoewel ruim twee op de drie (67%) Nederlandse LHBT+-respondenten meestal of altijd open over hun LHBT+-zijn is, blijkt tegelijkertijd ruim de helft (57%) bijna nooit of nooit hand in hand te lopen met hun partner. Veel jongeren durven hun geaardheid of genderidentiteit ook niet in het openbaar te uiten. “Dit onderzoek toont aan dat er nog steeds aandacht nodig is voor dit onderwerp. We zijn nog niet waar we moeten zijn op dit gebied.”

Gelijkheid
Het hijsen van de regenboogvlag op 1 april in Woensdrecht moet dan ook als een symbolische daad worden gezien.
“Met de vlag moeten we kijken naar het verhaal erachter. Mensen hebben niet altijd door dat al die aandacht nog steeds nodig is. Het ideaalbeeld zou zijn dat LHBT+ geen verantwoording meer zou moeten afleggen over wie ze zijn. Maar in de praktijk moeten ze nog steeds uit de kast komen. Niemand zou zich echter druk moeten maken om hun gender of seksuele voorkeur. Het blijft verontrustend dat mensen niet gewoon hand in hand durven lopen met hun partner of fysiek aangevallen worden om hun geaardheid of genderidentiteit. We zijn immers allemaal mensen en we zijn allemaal gelijk.”

BIJDRAGE JOSÉ VAN DER WEGEN



Blijf op de hoogte van het lokale nieuws uit jouw regio met onze dagelijkse nieuwsbrief