Afbeelding

Column Eugène de Kok: ‘IJdelheid is ons het liefst’

algemeen

Toen ze me een paar jaar geleden vroegen om elke twee weken een column op deze plek te schrijven, leek het me wel wat. ‘Van al onze zwakheden is de ijdelheid ons het liefst’, zei een beroemd filosoof eeuwen geleden al. Ik moet toegeven dat dat een rol speelde in mijn beslissing. Ik zou 350 woorden krijgen om mijn mening over van alles en nog wat te geven, er kwam een leuk portretje naast waardoor mijn familie ongetwijfeld zou glimmen van trots en, zo vertelden ze me, best kans dat ik regelmatig op straat zou worden aangesproken, omdat mensen het ‘het zo’n leuk stukje’ vonden. Daar zeg je als journalist toch geen ‘nee’ tegen?

Had ik het maar gedaan. Wat heb ik me vergist. Als ik zeg dat mijn leven sindsdien een nachtmerrie is, overdrijf ik, maar veel scheelt het niet. Ik dacht dat ik het zou kunnen, maar ik bak er niets van. De incidenten rondom mijn persoon rijgen zich aaneen. Het begon met aantijgingen van collega’s over mijn integriteit. Ik heb die redactievergadering emotioneel moeten verlaten. Toen ik de tranen had weggepinkt had ik een goed gesprek met mijn collega’s waarna ze me het voordeel van de twijfel geven. Ik was toen immers net begonnen als columnist. Veel beter is het daarna echter niet geworden, gebiedt de eerlijkheid mij te zeggen. Ik ben blijven stuntelen. Zo schreef ik kort daarna een column over wat achteraf een belangrijke kwestie bleek te zijn. Had ik dat goed gezien? Nee. Strekking van mijn column was dat ik het ‘much to do about nothing’ vond. Een enorme misser. Een paar weken later verwarde ik een Tweede Kamerlid met een Europarlementariër en pas geleden heb ik iemand valselijk beschuldigd op deze plek.

Die laatste blunder was vorige week aanleiding voor een urenlang gesprek met de directie en mijn collega’s. Mijn positie wankelde, maar, waarom weet ik niet, uiteindelijk vroegen ze me toch door te gaan. Het vreemde was dat ik daar, ondanks al het gedoe van de afgelopen jaren, nog blij mee was ook. ‘Vooropgesteld dat een mens niet gek is, kan hij van elke dwaasheid genezen worden, behalve van zijn ijdelheid’, heeft een collega van bovenstaande filosoof ooit gezegd. Dat geldt net zo goed voor columnisten als voor voorzitters van de Tweede Kamer. Heb ik gelijk of niet Anouchka van Miltenburg?

 



Blijf op de hoogte van het lokale nieuws uit jouw regio met onze dagelijkse nieuwsbrief