Dorpsaanzicht Kruiningen tijdens de Watersnoodramp.
Dorpsaanzicht Kruiningen tijdens de Watersnoodramp. Foto: collectie 'Boven Water' - I. M. van Loo

Rijsbergen bood hulp bij opvang na Watersnoodramp

Door: Addo Sprangers Algemeen

RIJSBERGEN - Diverse dorpen in de regio staken een helpende hand toe bij het onderbrengen van hen die het door schuimend zeewater overspoelde Zeeuwse land moesten ontvluchten tijdens de Watersnoodramp. Eén van die dorpen was Rijsbergen

DOOR CHARLES LUIJTEN

Vandaag precies zeventig jaar geleden, in de nacht van 31 januari op 1 februari 1953, deed zich de Watersnoodramp voor. Deze kostte aan totaal 2.528 personen, van wie 1.836 in Nederland, het leven. Ook Rijsbergen heeft zo haar herinneringen aan die gebeurtenis. Herinneringen die onder meer werden opgetekend door de plaatselijke verkennerij Sint Amandus, voorloper van de huidige Scouting Rijsbergen.

Oproep

Verkennersleider Cor Rombouts riep destijds de seniorleden, onder wie de schrijver van dit artikel, op om zich daags na de ramp te verzamelen op het gemeentehuis. We kregen vrij van school of werk. De boerenzonen Jac Martens, Cor Kennis en Cees Hendrickx, uit respectievelijk Oekel en Tiggelt, waren met ons. De raadzaal van het gemeentehuis diende als eerste opvangpost voor de slachtoffers. Omdat de temperatuur daarin niet zo aangenaam was, werd de anderhalve meter hoog staande potkachel stevig warm gestookt. Het bleek achteraf hard nodig.

Opvang

De opdracht was om zich direct na aankomst van de geëvacueerde Zeeuwen, vervoerd met bussen van busmaatschappij De Pelikaan uit ’t Ginneken, over hen te ontfermen. Zij dienden vervolgens te worden overgebracht naar het Jongenspatronaat en of te worden begeleid naar de adressen die zich gemeld hadden voor opname in huis. De boerenfamilies Rens en Soffers, alsook schildersbedrijf Van der Heijden, maakten daar onder meer deel van uit. Een loeiende sirene, deze bevond zich op het dak van de melkfabriek, kondigde aan dat de geëvacueerden in aantocht waren. Het waren vooral Zeeuwen. Verschillenden kwamen van Kruiningen (Zuid-Beveland), zoals het vijf kinderen tellende gezin van uienboer Maas. “Twee ervan, de broers Joop en Christ, verbleven bij ons thuis. Ze gingen nog naar school. Ik denk dat ze pas na een half jaar terug naar Zeeland zijn gegaan,” weet de 92-jarige Pieter van der Heijden zich te herinneren. “ We hebben na al die tijd nog steeds contact met familieleden,” voegt hij eraan toe. 



Blijf op de hoogte van het lokale nieuws uit jouw regio met onze dagelijkse nieuwsbrief