Afbeelding

Rubriek Goes Gezien: Van zelfkant naar achterkant

Door: Britta Janssen Algemeen

Deze foto is genomen vanaf de mooiste trap van Goes, die neerdaalt van de Oostwal in een van de vertakkingen van het Groene Weidje. Dat zijn er in totaal vier, waarvan eentje ‘verboden toegang’ is. Wat het Groene Weidje alleen al zo bijzonder maakt, is dat het louter bestaat uit achterkanten van huizen/winkels en opslagruimten; het maakt allemaal geen erg uitnodigende indruk. Er zijn wel huisnummers en brievenbussen, er bestaan postcodes en er wordt hier ook vuilnis opgehaald (lastig, met al die doodlopende vertakkingen!). Maar er zijn slechts enkele echte, gezellige voordeuren te vinden. Mijn oudste kleindochter telt er in de gauwigheid slechts twee! De kleindochters willen best poseren voor de foto, maar vanwege al die achterkanten dan wel graag in stijl. 

Toen Goes eeuwen geleden nog een heuse vestingstad was met poorten en al, was er aan de wallen/vesten in het zuidoosten een bolwerk. Hierop ontstond een bleekveld, waar linnenblekerijen in vredestijd hun linnen in de zon konden bleken. Op een stadsplattegrond uit 1649 prijken maar liefst drie zachtgroen gekleurde bleekvelden in Goes: de grootste op het huidige Bleekveld, een middelmaatje aan de Westwal en de kleinste hier op het bolwerk, dat niet voor niets het Kleine Weitje – wel met een keurige t! – werd genoemd. Later heette het grasveld het Groene Weidje, vlakbij het natte water van de vesten, waar soms des winters witte sneeuw viel – driemaal pleonasme, weet u nog? 

Weer later werd het Groene Weidje bebouwd en ontstond er een achterbuurtje, deels ook wel het Schotje van Armoe genoemd. Op een kadasterkaart uit de jaren ’50 staan zelfs beiden namen geschreven, hoewel het geheel sinds 1938 officieel Groene Weidje heet. Rond 1920 werd het aan de Oostvest gelegen wandelpark aangelegd. De wal van het voormalige bolwerk behield min of meer zijn hoogte. Aan de waterkant werden mooie huizen gebouwd; de achterkanten ervan kwamen uit op het inmiddels bestrate Groene Weidje, evenals die van de winkels aan de Ganzepoortstraat. Zo promoveerde het Groene Weidje van de zelfkant tot de achterkant van Goes. Romantische jeugdherinneringen zijn hier gesitueerd, omdat in de jaren zeventig en tachtig talloze Goesenaren hier op dansles gingen bij Janvier. 

Een van de straatnaambordjes gaat grotendeels schuil achter de bloesem, rechts op de foto. Mijn oudste kleindochter denkt diep na over dat ‘groen’ in de straatnaam. ‘Aha!,’ zegt ze, ‘de achterdeuren van al die achterkanten hier zijn bijna allemaal groen!’


Tekst en foto: Arend van der Wel



Blijf op de hoogte van het lokale nieuws uit jouw regio met onze dagelijkse nieuwsbrief