Afbeelding

Rubriek Goes Gezien: Het ‘heldenklokje’ klinkt ook voor Indiëgangers

Door: Arend van der Wel Algemeen

Het oorlogsmonument van Goes uit 1948 bestaat uit een laag en een hoog deel. Dat klinkt vreemd. Het lage deel ziet u op de foto en het hoge deel hangt in het stadhuistorentje erboven: de klok waarvan op het lage deel sprake is. De moeilijk leesbare tekst luidt namelijk: ‘De klok in deze toren wordt geluid ter eerbiedige nagedachtenis aan de stadsgenoten die vielen in het verzet 1940-1945.’ Deze klok werd wel het ‘heldenklokje’ genoemd. Het verkleinwoord is meer aan het bescheiden geluid te danken, dan aan de omvang, want het is een kloeke klok waar je de armen niet omheen krijgt. Op de klokrand staat: ‘Vivos voco mortuos plango’ en dat betekent: ‘De levenden roep ik, de doden beween ik’. De klok werd in de eerste jaren elke zaterdagavond een kwartier geluid. Dat stopte toen er technische mankementen optraden. In 1993 is de klokaandrijving door financieel toedoen van een groepje notarissen hersteld en klinkt het mooie geluid weer, maar alleen tijdens de Dodenherdenking op 4 mei.

De tweede tekst op het lage deel is van later datum (1996) en beter leesbaar: ‘1945-1962 Nederlands Indië / Ter herinnering aan de gesneuvelden uit deze gemeente / Bedenkt dat zij hun leven gaven tijdens de uitvoering van hun opdracht voor het vaderland.’ De Vereniging Oud Militairen Indiëgangers (VOMI, 1985-2021) heeft voor deze plaquette geijverd. De VOMI heeft ook bewerkstelligd dat omstreeks 2005 in het Stadskantoor bij de zuidingang een plaquette kwam met dezelfde tekst, maar aangevuld met de namen van de jonge mannen uit de gemeente Goes, die in Indonesië en Korea zijn omgekomen. De meeste van die acht mannen uit Goes en Wolphaartsdijk, met achternamen als Foudraine, Kloet en De Blaeij, waren begin twintig toe ze in de Oost omkwamen.

Dit najaar verschijnt bij uitgeverij Het Paard van Troje een boek over de achttien Bevelandse jongens die in Indonesië en Korea hebben gevochten en dat niet overleefden, onder wie de acht mannen van de plaquette in het Stadskantoor. De strijd waaraan zij hun bijdrage leverden, krijgt dit jaar extra veel aandacht, met de nadruk op het bedenkelijke geweld van Nederlandse kant en de onwil of het onvermogen om een punt te zetten achter eeuwen koloniaal bezit. Het is denkbaar dat het accent van spijt en schaamte het respect voor deze jongens en hun nabestaanden doet verwateren. Dat zou niet juist zijn. Laat het ‘heldenklokje’ ook voor hen blijven klinken.

Tekst en foto: Arend van der Wel



Blijf op de hoogte van het lokale nieuws uit jouw regio met onze dagelijkse nieuwsbrief