Irfan Pacariz.
Irfan Pacariz. Foto: Erica van Strien

‘Mijn gezin staat op nummer één bij alles wat ik doe in mijn leven’

Door: Erica van Strien Algemeen

MIDDELBURG - Irfan Pacariz (53) wist niets van Nederland toen hij in oktober 2000 op het station in Amsterdam arriveerde met zijn vrouw en twee kinderen van 3 en 5 jaar. De geboren Montenegrijn ontvluchtte samen met zijn vrouw en kinderen in de Balkanoorlog zijn moederland om hen een veilige toekomst te bieden. Het zou acht jaar duren voordat zij onder het generaal pardon zouden vallen en hun kinderen op een Nederlandse school werden toegelaten. Drieëntwintig jaar later ontmoeten we de eigenaar van Ides Autoschadeherstelbedrijf in Vlissingen én zijn gezin aan zijn keukentafel in Middelburg. Zijn vrouw werkt al jaren in de schoonmaak bij de Provincie Zeeland, zoon en dochter spreken accentloos Nederlands, hebben gestudeerd én een baan. 

Een indrukwekkende introductie Irfan. Hoe kijk je terug op die pittige start in een onbekend land?

“Mijn vrouw is met de kinderen vooruit gegaan en wachtte in de studio van haar broer in Duitsland samen met de kinderen op mij. Van daaruit zijn wij naar Nederland gereisd en kwamen eind van de middag aan op Amsterdam Centraal. We moesten naar een aanmeldstation in Zevenaar, maar ik had geen idee hoe daar te komen. Op het station zijn we in de eerste trein gestapt, niet wetend dat we nog drie keer moesten overstappen voordat we in Zevenaar aan zouden komen. Dat was om 22.00 uur ‘s avonds en we hadden geen idee waar het aanmeldcentrum was. Het was oktober en al lang donker op dat tijdstip. Omdat we allemaal moe waren besloot ik een taxi te nemen. De afstand bleek slechts driehonderd meter. In het aanmeldcentrum begreep niemand dat we die laatste paar honderd meter niet gewoon hadden gelopen”, lacht Irfan.

Hoe verliep je integratie vanaf dat moment?

“In een halfjaar zijn we een paar keer verhuisd. We zijn ontvangen in Zevenaar, toen naar Ermelo (twee dagen) en naar Ede (paar maanden). Verhuisd naar Ruurlo voor een paar maanden, toen naar Gulpen en pas toen naar Middelburg. Daar hebben we de rest van de tijd gewoond. In totaal acht jaar. Onze kinderen zaten op De Iris, de school voor kinderen uit het asielzoekerscentrum.”

In 2008 vielen jullie onder de groep migranten die een generaal pardon kregen, een regeling waarbij migranten die al geruime tijd in het land verblijven alsnog een verblijfsvergunning toegekend krijgen.

“Ja, dat was een bijna niet te geloven wending. Acht jaar onzekerheid is heel erg. Als je gestraft en veroordeeld bent voor iets, dan weet je hoe lang die straf duurt, maar wij wisten nooit wat er de volgende dag zou gebeuren. Werd er ingegrepen door het ministerie, moeten we het land uit? Ondertussen moesten onze jonge kinderen de Nederlandse taal leren van één docent, tussen andere asielzoekerskinderen. Pas in groep acht kon mijn dochter naar een Nederlandse school. Spelen met Nederlandse kinderen helpt enorm.”

Je hebt nu een autoschadeherstelbedrijf, wat was je beroep in Montenegro?

“Daar had ik ook een garagebedrijf, maar de registratie in een land in oorlog is natuurlijk niet op orde. De oorlog was in 1992 begonnen in Bosnië en je mag van de regering dan alles doen om je eigen brood te verdienen, want er is geen steun of alternatief. In de periode van het AZC kon ik hier wel werk doen, maar er niets voor vragen. Mijn vrouw had wat fotoalbums meegenomen en tussen de familiefoto’s stonden ook foto’s van het werk dat ik in Montenegro had gedaan. Dat was - veel later - mijn geluk. Als er mensen kwamen stonden ze me van alles te vertellen, maar dat verstond ik niet. Ik zei op alles ‘Ja, ja, ja’. Als ze weg waren ging ik een rondje rijden in hun auto en dan hoorde ik vanzelf wat ermee aan de hand was. Zo ging het steeds. Vroeg de man in de werkplaats ‘Kun je lassen? Neem die foto’s van je morgen mee!’ En toen zei hij de volgende dag - wijzend op een foto - ‘Dít is lassen!’. Zo vergeet je nooit meer wat een lasapparaat is.”

In 2009 schreef je je in bij de Kamer van Koophandel. Wat ging je doen?

Het eerste jaar krijg je een tijdelijke verblijfsvergunning. Daarna krijg je die voor vijf jaar en mag je een huis huren, een baan zoeken, je rijbewijs (officieel) halen. Ik had het in Montenegro al, maar dat was hier niet geldig. Ik kreeg twee voorcontracten van de garages waar ik eerder had gewerkt zodat ik kon aantonen dat ik een baan had. Tegen de garages zei ik ‘Op het moment dat ik een huis heb, ga ik de volgende dag weg. Ik hoef geen uitkering en vraag niets, maar heb genoeg onder controle gezeten de afgelopen acht jaar en wil eindelijk vrij zijn’. Mijn inschrijving viel samen met het besluit van voormalig garagehouder Cor van de Bilt. Hij verkocht zijn pand aan de gemeente en we zaten aan de koffie, namen geen nieuw werk aan. Ik vroeg hem ‘Wat ben je van plan?’ ‘Misschien huur ik ergens een pand en koop ik een spuitcabine en dan neem ik alleen maar spuitwerk aan. Maar schuren, uitdeuken, lassen, voorbereiden, dat neem ik allemaal niet meer aan.’ Ik dacht, als we twee ruimten naast elkaar huren kan hij het spuitwerk doen en doe ik het voorwerk. Ieder apart en toch nog veel samen. En zo is het gegaan, bijna tien jaar lang. Een jaar of vier geleden is hij plotseling ziek geworden en hij wist dat hij het niet zou overleven. Toen heb ik van hem de spuitcabine gekocht. Na een maand was hij dood. Ik ben tot de laatste dag bij hem geweest, in het hospice. Daar is hij gestorven. We kenden elkaar twintig jaar en dronken elke dag samen koffie. Nooit een woord over de zaak, maar gewoon goede maten. Ik mis hem enorm.”

Over belangrijke mensen gesproken Irfan, met wie zou jij nog eens aan de keukentafel willen zitten? 

“Ik heb me vaak afgevraagd of ik er goed aan gedaan heb om te vluchten. In het AZC bewoonden we een appartement met acht personen. De kinderslaapkamers lagen aan de andere kant van de gezamenlijke woonkamer en douche. Je weet nooit wie er slaapt naast de kamer van je kinderen. Wij hebben echt fijne mensen ontmoet op moeilijke momenten, maar mijn gezin, mijn vrouw en kinderen zijn mijn vuur, de stille kracht. Je eigen nest, zij zijn het belangrijkste bij alles wat je doet in je leven.”

PASPOORT:

Naam:

Irfan Pacariz

Leeftijd:

53 jaar

Woonplaats: 

Middelburg

Burgerlijke staat: 

Gehuwd met Emina en vader van dochter Šejla (28) en zoon Dženan (26)

Hobby’s: 

Werken, klussen aan huis

Eigenaar van:

IDES Autoschadeherstelbedrijf Vlissingen

Irfan Pacariz.


Blijf op de hoogte van het lokale nieuws uit jouw regio met onze dagelijkse nieuwsbrief